hoofd menu | lesbian categorieën | auteurs | top verhalen | nieuwe verhalen | zoek | links | instellingen | opties voor auteurs |
Lekkere meiden zitten achter de webcam op je te wachten! Klik hier! |
BLANCO deel 3 - hoofdstuk 23 (mm:overige, 7297 words) | |||
Auteur: Lucky Eye | Toegevoegd: Dec 05 2014 | Kijkers/Lezers: 4043/2986 [74%] | Waardering (verhaal): 10.00 (2 stemmen) |
Vervolg |
Klik hier voor de eerste 75 regels van het verhaal
herkende ze niet. En... "
"Ik denk dat je voor je zelf moet kiezen, Jasper. Dat is het enige dat
belangrijk is. Herstellen, revalideren en tegelijkertijd je examenjaar
doen, lijkt mij gewoon onmogelijk. Je zou jezelf de vernieling in
helpen. Je weet hoe slecht het gesteld is met je energiepeil."
"Ja," klinkt het gelaten. "En wat moet ik later gaan doen? Zittend in
een rolstoel?"
De sombere ondertoon van Jaspers laatste zin ontgaat Astrid niet. "Niet
zo negatief, man! Mensen in een rolstoel kunnen nog heel veel dingen
doen!"
"Zie je mij al op de stormbaan, als ik besluit in het leger te gaan?"
Astrid moet lachen en dat zorgt ervoor dat ook Jasper in de lach schiet.
Het is echter wel een lach en een traan, zo merkt ze op als hij zijn
hand langs zijn ogen haalt. "Volgens mij heb je nooit een carrière bij
de landmacht willen hebben. Ik ken je. Daar ben je niet geschikt voor.
Gelukkig voor jou is de dienstplicht afgeschaft want anders had je een
vreselijke tijd gehad."
"Ik had het kunnen gooien op gewetensbezwaren."
"Zie je wel dat je zelf oplossingen kunt bedenken!" gooit ze het meteen
over een positieve boeg. "En zo is het ook met wat je later kunt gaan
doen." De vraagtekens op Jaspers gezicht blijven echter groot, zo ziet
Astrid. "Wat vind je leuke vakken op school?" Een vraag waarop hij een
antwoord moet weten want het heeft niets te maken met dat gedeelte van
zijn geheugen dat verloren gegaan of niet bereikbaar is.
"Economie en geschiedenis. Dat vind ik leuk."
"Noemt meneer meteen de meest saaie vakken op die er zijn. Maar niet
helemaal waar natuurlijk. Heb zelf heel veel te maken met economie maar
gelukkig heb ik een heleboel deskundigen om me heen die er veel meer
van afweten dan ik. Je zou bijvoorbeeld een economische studie kunnen
gaan doen en... "
"En dan zeker een baan aangeboden krijgen in de holding en in een
gespreid bedje rollen!"
Even is Astrid van haar stuk gebracht en lukt het haar niet om ook maar
iets uit haar mond te krijgen.
"Dat wil ik niet, Astrid! Dan lijkt het alsof ik er zelf helemaal niets
voor heb hoeven doen! Dan krijg ik een baan omdat ik de partner ben van
Pieter en dan.... nou ja... dan neem ik de plek in van iemand anders
die, doordat ik ineens in de firma moet, op straat komt te staan en...
"
Dan heeft Astrid zich herpakt van haar verbazing en onderbreekt ze zijn
redenering met twee kleine woordjes: "Ho! Stop!" Vervolgens biedt ze
hem haar verontschuldigingen aan voor de abrupte onderbreking maar
geeft ze meteen ook de reden voor haar ingrijpen weer. "Nu draaf je wel
heel erg door ineens."
"Ik heb het idee dat alles voor mij beslist wordt! En dat wil ik niet!"
Opnieuw is Astrid even van slag omdat ze niet begrijpt waar het gevoel
van Jasper vandaan kan zijn gekomen. Sinds hij weer bij kennis is,
hebben ze altijd alles met hem besproken. In zijn eerste gesprek met
Jan had Jasper gezegd dat hij wilde dat zij de beslissingen zouden
blijven nemen voor hem maar dat hadden ze nooit echt gedaan. Steeds was
er overleg met Jasper geweest. Maar toch... toch is er dan dit gevoel
bij hem. "Leg me alsjeblieft uit waar dat gevoel vandaan komt, Jasper.
Want ik heb het idee dat het anders is." Ze pakt zijn beide handen beet
en kijkt hem, belang stellend in zijn antwoord, aan.
"Bijvoorbeeld dat plan met de bouw van huizen op 'Boschlust'. Je hebt
mij het allemaal uitgelegd en Pieter had me al verteld hoe jij het naar
de anderen had gebracht en... nou ja... heel enthousiast en zo maar...
het lijkt er haast op alsof het een voldongen feit is... alsof er geen
keuzemogelijkheid is voor mij... voor Pieter en mij. Jullie stellen
voor dat het zo zou moeten en..." Jasper valt stil en merkt dat Astrid
niet meteen reageert. Een tijdje blijft het stil totdat Astrid vraagt
of ze mag reageren. Graag zelfs, want Jasper vindt het niet fijn om dit
ter sprake te brengen.
"Ik denk dat ik een fout heb gemaakt. Mijn excuses daarvoor. Mijn
enthousiasme is heel belangrijk voor mij. Als ik niet enthousiast
ergens over kan zijn dan... dan leeft het niet voor mij. Bij alles wat
ik doe, wil ik geestdrift voelen. Bij mijn werk in de firma, mijn
meditatiebegeleiding, mijn schilderen, thuis. Overal eigenlijk. Maar...
het is ook mijn zwakke plek. Omdat ik enthousiast ben, draaf ik nog wel
eens door. In het verleden kwam het regelmatig voor dat ik op de
terugweg van een bestuursvergadering van David de volgende opmerking te
horen kreeg: 'Je was weer lekker bezig, KV!' Ineens was ik niet meer
Astrid, lieveling, schat of zo maar was ik KV. Hij zag mijn opa in mij.
Iemand die de voorgestelde plannen al helemaal voor zich ziet en alles
op alles zet om die uitgevoerd te krijgen. En dat heeft alles te maken
met mijn enthousiasme. Maar toen hij me daar een aantal keren op had
gewezen, hebben we besloten de besluitvorming in de firma anders te
regelen. Er worden principebesluiten genomen en iedereen heeft tot de
volgende vergadering de tijd om er nog eens over na te denken. Het kan
niet altijd! Soms moeten er snelle beslissingen genomen worden maar in
hoofdzaak doen we het op die nieuwe manier. Ik heb geleerd dat anderen
soms, misschien wel vaak, wat meer tijd nodig hebben dan ik en dat daar
helemaal niets mis mee is. Mijn enthousiasme drijft me voort, en soms
word ik er zelf wel eens horendol van! Loop ik mezelf voorbij. Nu weet
ik dat ik na een voorstel, pas op de plaats moet maken zodat ook de
anderen de tijd hebben om alles goed op zich te laten inwerken. Een
valkuil, was het. En... als ik jou zo hoor... is het dat nog steeds
voor mij."
"Ja. Het leek allemaal zo definitief zoals je het bracht. Maar dat is
het dus niet?"
"Absoluut niet, Jasper. Jij en Pieter hebben een keus! Jullie gaan daar
wonen waar jullie dat willen. Hetzelfde was van toepassing op de
anderen. Dat David, de kinderen en ik naar ‘Boschlust' zouden gaan, was
het enige dat vast stond. Dat de anderen zich daarbij hebben
aangesloten vind ik fijn, maar het was wel hun eigen keuze."
"Maar mijn moeder... "
"Die wil het liefste dat jij en Pieter op 'Boschlust' komen maar dat
betekent niet dat het zo moet gaan gebeuren. Ook zij weet dat jullie de
vrijheid hebben om te kiezen. Haar wens is alleen maar gestoeld, en dat
weet ik honderd procent zeker, op haar zorgzaamheid. Jullie twee ook op
‘Boschlust' zou heel makkelijk zijn. Ze is er dan verzekerd van dat er
goed voor jou gezorgd kan gaan worden."
"Maar dat kan ergens anders toch ook?"
"Ja! Zeker weten van wel!" Ze ziet dat Jasper enigszins gerustgesteld is
maar dat wil ze nog wel even heel erg zeker van hem weten en dus vraagt
ze er naar.
"Nog niet helemaal. Hoe zit het als ik een baan zou krijgen in de
firma?" luidt Jaspers antwoord.
"Je bent familie. De KV-holding is een familiebedrijf. En ja... dan stel
je nou eenmaal familieleden aan als die er zin in hebben. Geen enkele
verplichting echter! Pieter heeft het nooit willen doen en dus doet hij
iets anders. Of die twee van mij ooit in het bedrijf zullen gaan werken
is nog maar een vraag. Als jij het niet wilt, geen enkel probleem! Wil
je wel, dan ben je van harte welkom. En geloof me, ik ontsla niemand om
jou op een stoel te krijgen waar je kunt laten zien wat je kunt. Want
dat is wel een voorwaarde natuurlijk. Iedereen moet zich bewijzen in
ons bedrijf. David is niet begonnen op de positie die hij nu heeft. Hij
heeft zich via allerlei functies op kunnen werken. Hij is goed in dat
wat hij doet. Zou hij niet de kwaliteiten hebben die hij heeft, dan was
hij niet op een zo belangrijke positie gezet. Was hij waarschijnlijk
wel lid van het bestuur geworden maar waren zijn bevoegdheden een stuk
minder geweest. Je moet wel iets kunnen om bij ons te komen werken. En
als jij economie leuk vindt, van plan bent dat te gaan studeren, dan
ben je met al de kennis die je gaat opdoen, en alle ideeën die je hebt
over hoe je een multinational kunt laten floreren, welkom aan boord.
Maar ook als je iets anders wilt gaan studeren en van nut kunt zijn
voor de KV-holding ben je welkom in het bedrijf."
"Maar alleen als ik dat wil?" klinkt het dan toch nog als vraag.
"Ja, Jasper. Als je fietsenmaker wilt worden is mij dat ook prima.
Kunnen we bij een volgend fietsenplan ook meteen het onderhoud
aanbieden. Het gaat erom dat jij gelukkig wordt." Ze wisselen een
glimlach uit en dan gaat ze meteen verder. "En nou wil ik toch wel heel
erg graag weten wat jij bedoelde met dat 'bijna wel' maar eerst haal ik
iets te drinken voor ons beiden. Maar... er is ook nog een
verpleegkundige die hoognodig gerust gesteld moet worden en een familie
die wacht op een telefoontje van mij.
"Zitten ze hier ergens in het ziekenhuis te wachten?"
"Ja. We zijn na het gesprek met Gerald vanmorgen even naar jullie huis
geweest om wat te eten en te drinken maar nu zijn je ouders en Pieter
hier weer terug. Ze willen jou zo snel mogelijk zien maar ik zou willen
voorstellen dat we ons gesprek eerst even afmaken. Wat vind jij?"
Jasper is het daar helemaal mee eens. Er zijn nog dingen die hij kwijt
moet en de verstandhouding met Astrid is heel erg goed op dit moment.
Er is sprake van vertrouwen over en weer, zo heeft hij het idee. De
anderen krijgen alles natuurlijk ook te horen. Hij wil geen geheimen
voor hen hebben maar eerst even alles één op één uitspreken voelt wel
zo goed voor hem. Als Astrid terug is met twee bekers thee en nadat ze
hem een paar kussen geeft, die ze van Jennie aan hem moest geven,
begint hij met de verklaring van dat 'bijna wel'. "Het klinkt misschien
heel stom wat ik je nu ga vertellen maa... "
"Sorry hoor, maar ik onderbreek je opnieuw. Ga niet steeds zo denken.
Als je iets kwijt wilt, is het nooit stom. In mijn praktijk heb ik heel
veel verhalen gehoord maar er nooit ook maar één bestempeld als stom.
Dus kom op. Geen etiketten plakken op dat wat je wilt vertellen."
Hij glimlacht naar haar omdat hij weet dat ze gelijk heeft. Jezelf of
dat wat je zegt of doet meteen voorzien van een stempel met daarop in
het groot die vier letters S.T.O.M. is het stomste wat je ooit kunt
doen. Je ondermijnt jezelf ermee. Het zorgt ervoor dat je terughoudend
wordt en bij alles wat je gaat doen, eerst gaat nadenken. En daarmee
haal je alle spontaniteit uit je leven weg. "Oké, het is niet stom wat
ik je ga vertellen maar wel heel bijzonder. Is er toen ik net hier in
het ziekenhuis kwam een moment geweest dat het heel erg kritiek was?"
"Volgens mij was het dat vanaf het allereerste moment. Gerald heeft me
verteld dat het eigenlijk niet verantwoord was dat hij je hier heen
heeft laten brengen. Volgens de protocollen had hij iets anders moeten
doen maar hij liet zich daardoor niet tegenhouden. Hij wist dat hij je
hier het beste kon behandelen. En dus deed hij dat. Maar een
crisismoment... " Even neemt ze de tijd om die nacht terug te halen in
haar gedachten. Een angstige nacht vol van zorgen. De schok toen ze
begreep dat de vriend van haar broer, haar Jasper was. "Ja, die was er
wel. Ons was aangegeven hoelang ze ongeveer nog bezig zouden zijn en
uiteindelijk duurde het veel en veel langer omdat er zich complicaties
voordeden."
"Ik was er natuurlijk niet bij. Ze zullen me heel goed onder narcose
gebracht hebben maar toch was er... iets. Een soort van bewustzijn.
Laat ik het zo maar noemen. Ik hoorde een stem. Een stem die zei dat ik
los mocht laten om over te komen. Ik wilde weten wat ik los moest
laten. 'Alles,' was het antwoord. Ik bleef vragen stellen want ik
voelde gewoon dat ik niet wilde loslaten. Dat er iets heel bijzonders
was dat ik absoluut niet kwijt wilde waarvoor ik wilde blijven. Blijven
leven. En... dus... laat ik maar zeggen, ik ging niet op het aanbod in.
No deal."
"Blij toe, Jasper, want anders zouden we jou kwijt geweest zijn." Ze
kijkt hem met blije, stralende ogen aan. Ja, het zou echt vreselijk
zijn geweest als hij gekozen had om in te gaan op het aanbod dat hem
gedaan werd. "Heb je enig idee wat het was dat je niet kwijt wilde of
is dat iets wat je je niet kunt herinneren?"
"Het is volgens mij een optelsom van heel veel elementen. De afgelopen
weken heb ik met heel veel mensen kennis gemaakt. Mensen waarvan het
voor mij duidelijk is dat ik belangrijk voor hen ben. Mensen die
allemaal om mij geven. Mijn ouders hebben mij in vrijheid opgevoed tot
wat ik ben. Ze hebben mij mijn eigen keuzes laten maken. Ook toen ik
naar een andere school wilde dan zij voor ogen hadden, zo heb je mij
verteld. Ze lieten mij kiezen. Zoiets is prachtig, toch?"
Astrid kan het alleen maar beamen.
"Ze zijn beiden prachtige figuren. Namen mijn coming out heel gewoon op.
Deden niet moeilijk. Ze houden van me zoals ik ben. En... dat geldt
eigenlijk voor al die mensen die ik opnieuw heb leren kennen. Mijn
voetbalvrienden gaan voor me door het vuur als ik het hen zou vragen.
Ze hebben al de meest wilde plannen om met elkaar op vakantie te gaan
naar zee. Een rolstoel een probleem op het strand? Ben je gek! Overal
is wel een oplossing voor te vinden. Maarten en Sam..."
Astrid merkt dat Jasper even vol schiet. Er verschijnen tranen in zijn
ogen en zijn onderlip trilt.
"Ze... ze kijken zo tegen me op. Ze vertrouwen hun grote broer
blindelings. Hebben het idee dat... ik weet niet hoe ik het moet
zeggen." Jasper denkt na. Zoekt naar woorden. "Ik ben in elk geval hun
praatpaal als ze het idee hebben dat ze iets niet bij onze ouders kwijt
kunnen. En dat is heel belangrijk."
"Zeker weten, Jasper."
"En dan is er natuurlijk ook nog Pieter. Ook al had ik hem nooit eerder
ontmoet en ook al was die brief er niet geweest, ik zou zo op hem
verliefd zijn geworden. Hij is mooi, en dan bedoel ik niet alleen van
de buitenkant. Hij is... enorm gesloten maar als je even je best doet,
dan krijg je de echte Pieter te zien. En dat is iemand om van te
houden."
Astrid laat een traan en veegt hem niet weg. Ja, dat is haar broer. Na
het overlijden van hun ouders heeft ze zelf ook zo vreselijk veel
moeite moeten doen om tot hem door te dringen maar het was al die
moeite meer dan waard.
"Mevrouw Greveling," gaat Jasper verder, "van school met die mooie wijze
tekst is ook bijzonder. Ook voor zoiets, zo iemand, zou je gewoon
willen blijven. En dan... dan heb ik ook nog een geweldige schoonzus
die mij eerder begeleidde als therapeut. Ervoor zorgde dat ik weer de
zin van het leven zag en... "
"Te veel eer voor mij, jongen. Jij was degene die het weer zag zitten in
het leven."
"Maar als jij er niet geweest was dan was waarschijnlijk alles heel
anders gelopen."
"Had je een andere psycholoog gekregen die ook zijn doel had bereikt."
"Ik weet het niet. Soms denk ik dat dingen op een bepaalde manier moeten
gebeuren. Ik geloof niet in een God of zo die vooraf het een of andere
plan voor ons uitgestippeld heeft maar soms... nou ja... ik weet het
gewoon niet. Laat ik het maar in het midden laten maar ook jij bent dus
een van die elementen waarom ik niet weg wilde. Waren Pieter en ik niet
van plan om een grap met jou uit te halen?"
"Ja. Stelletje lolbroeken!"
"En dan zijn er nog zoveel mensen meer. Mijn tante, David, jullie
kinderen, opa Simeon, Jan, mevrouw Van Heij... "
Ineens ziet Astrid dat Jasper weg is. Ineens is hij helemaal in
gedachten verzonken. Het is echter niet de gevaarlijke manier van
afwezig zijn, zo merkt ze ook op. Jaspers ogen blijven alert. Ze blijft
naar hem kijken en houdt zijn ogen goed in de gaten om in te kunnen
grijpen als dat nodig is. Als het haar dan toch te lang duurt, streelt
ze met haar hand over zijn onderarm. Dan ziet ze hoe zijn ogen beginnen
te stralen alsof hem letterlijk een lichtje is opgegaan. Een glimlach
speelt om zijn lippen.
"Ik weet wat ze bedoelde met haar verhaal over dat onweer. Ken je dat
verhaal? Heb ik het je verteld? Of misschien iemand anders?" Een knikje
is het antwoord op zijn vraag. "Zo mooi. Zo goed. Zo... onduidelijk
ook."
"Wat bedoel je, Jasper?"
"Sorry. Ik ben een stap verder dan jij nu. Ze vertelde dat onweer zonder
regen volgens haar opa het gevaarlijkst is. Zodra de regen valt, is het
grootste gevaar geweken."
"Ja? En?"
"Het lijkt op een Zenverhaal. Een ingekleed verhaal dat een boodschap
bevat. Naar de ware betekenis moet je dan zoeken."
"En ik begrijp dat jij die ware betekenis nu gevonden hebt?"
"Ja. Omfloerst vertelde ze mij dat ik me niet groot moest houden. Dat ik
de tranen de vrije loop moest laten als ik het moeilijk had. Het onweer
waren de problemen waar ik mee worstelde. Mijn tranen de regen. Zolang
ik niet zou huilen, zouden de problemen die ik zag me alleen maar
slopen. Zou de bliksem alle kans krijgen om zijn vernietigende werk te
doen. Zodra ik de emotie zou toelaten, zou het grootste gevaar geweken
zijn."
"Wauw! Dat is een prachtige uitleg. Dat is een verhaal dat ik moet zien
te onthouden. En zo waar! Zo echt!"
"Ja, en het werkt inderdaad zo. Maar... ik ben er natuurlijk nog niet."
Astrid glimlacht naar hem en blijft hem stralend aankijken. Ze ziet dat
hij probeert om haar blik te begrijpen zonder er direct naar te vragen
en na enige tijd van stilte ziet ze ook dat hij haar doorgrondt.
"Ik hoef ook nergens heen te gaan. Ik ben. En dat moet voldoende zijn.
'I have arrived, I am home', dat bedoel je me te zeggen, toch?"
"Ja, ook dat is een wijsheid die heel belangrijk is. Voor jou. Voor
iedereen. Maar...af en toe even laten zien dat je er helemaal doorheen
zit, is geen enkel probleem. Geef het gewoon aan. Vraag iemand om naar
je te luisteren. Ook naar je rotervaringen. Ook naar je verdriet. Ook
naar je boosheid erover! Want al die gevoelens zullen er af en toe ook
zijn. Je bent een mens. Geen superman!" Ze schiet in de lach omdat ze
terug moet denken aan de woorden die David tot haar sprak op die
stormachtige nacht van een aantal weken terug.
"Waarom lach je?" informeert Jasper.
"Even een gedachte aan iets dat David tegen me zei. Af en toe heb ik het
idee dat ik een supermens ben. Dat ik, omdat ik heel veel dingen weet,
ook al die dingen altijd en overal in de praktijk moet kunnen brengen.
En dat is een misvatting. Natuurlijk wist ik dat al wel maar het is af
en toe goed als ook ik met iemand praat. Ook over mijn gevoelens."
"Een psycholoog voor de psycholoog."
"Ja, dat zou zo gek nog niet zijn. En als het allemaal helemaal niet
lukt met jou, beloof je me dan dat je iemand te hulp roept? Binnen de
kortste keren heb ik een deskundige naast je bed zitten."
"Nee, dat beloof ik je niet!"
"Jasper!" vermanender kan het haast niet klinken.
"Ik wil alleen maar jou als mijn psycholoog!" zegt hij kordaat.
"Maar dat kan nou eenmaal niet. Ik ben familie."
Jasper geeft aan dat het voor hem geen enkel probleem is en dat hij ook
niet ziet waarom het een probleem zou kunnen zijn.
"Het kan en mag niet. Beroepsethiek."
"Flauwekul! Ik weet dat Pieter een aandachtstraining volgt. Hij heeft me
niet gezegd waar en bij wie maar ik ben er absoluut zeker van dat het
bij jou is. Of niet soms?"
Volgens Astrids is dat iets anders. Als ze begint haar mening te
formuleren wordt ze door Jasper onderbroken.
"Flauwekul! Ik beloof je dat ik door zal gaan, dat ik niet zal opgeven
maar alleen als jij belooft mij te zullen helpen als ik het nodig heb.
En dat is geen chantage!"
"Dat is het wel, meneer Verhulst!"
"Oké, dan is het chantage maar bekijk het dan maar als iets dat een goed
doel dient." Een schalkse knipoog volgt.
"Hmm, de discussie hierover voeren we later nog wel eens."
Jasper is het daar helemaal mee eens. Ze hebben voor even lang genoeg
met elkaar gepraat. Maar hij is niet eerder tevreden dan dat hij een
toezegging van zijn schoonzus heeft en vraagt daar expliciet om.
"Natuurlijk doe ik het, Jasper. Ik laat je echt niet alleen. Ik heb dit
uitgelokt en sta er ook voor om te zorgen dat het proces door zal gaan.
Dat jij door zult gaan. Afgesproken?"
"Deal!" Ze schudden elkaar de hand en zoenen elkaar. Dan duikt Astrid in
haar handtas en haalt er een enveloppe uit die ze aan Jasper geeft.
"Voor mij?" Hij ziet hoe ze knikt. Hij wil de omslag meteen openen maar
dan is er toch nog een vraag van Astrid.
"Nog één opmerking van mijn kant en dan mag je mijn kaart bekijken."
Jaspers knikje maakt haar duidelijk dat ze verder kan gaan. "Ik heb
ooit ergens een uitspraak gelezen van een zenmeester. Hij zei: 'Zonder
absolute hopeloosheid, is er geen verlichting.' Wat vind jij daarvan?"
Lang nadenken hoeft Jasper niet. De afgelopen periode was voor hem een
levensfase waarin hij die absolute hopeloosheid gevoeld heeft en als
hij terugdenkt aan dat wat Astrid hem verteld heeft over zijn jeugd,
dan heeft hij datzelfde gevoel eerder ervaren. En toch kon hij er toen
iets mee en ook nu. "Ik zou niet willen beweren dat het een absolute
waarheid is. Voor heel veel mensen zou het anders kunnen zijn.
Verlichting kun je denk ik op verschillende manieren bereiken en
bovendien vraag ik me af of verlichting een vaste definitie heeft. Voor
mij is het, het helemaal in het nu zijn. Je niet laten leiden door
gedachten over verleden of toekomst maar alleen maar zijn in het nu. En
ja, daar had ik die absolute hopeloosheid voor nodig. Want daardoor
weet ik dat ik nergens heen kan en toch... toch wil ik verder."
"Je bent een geweldenaar, Jasper! Kom, pak die kaart van mij uit!"
Jasper maakt de enveloppe open, bekijkt de kaart, leest de tekst en
krijgt dan het verzoek die hardop voor te lezen. Een brede glimlach
verschijnt op zijn gezicht. Ja, ook deze tekst is een wijze tekst. Hij
schraapt zijn kaal en leest dan: 'Relax! Nothing is under control.'
"Dank je, Astrid. Zo'n reminder is heel erg handig."
"Niet alleen voor jou hoor! Ik kan hem zelf ook heel goed gebruiken als
ik weer eens probeer alles naar mijn hand te zetten maar nu ga ik eerst
telefoneren met mijn achterban en daarna Jennie naar binnenhalen want
die staat op de gang te wachten tot ze naar binnen mag." Het
telefoontje is kort en bondig: 'Kom maar.'
"Nee, nog niet naar Jennie gaan," houdt hij Astrid tegen als zij wil
opstaan. "Ik beloof je dat dit echt mijn allerlaatste vraag is.
Tenminste dat denk ik."
"Toe maar."
"Dat schilderij," en Jasper wijst naar het doek dat op het tafeltje
tegen de wand staat, "is dat te koop?"
"Nee, helaas niet. Het maakte deel uit van de expositie hier in het
ziekenhuis maar er was een koper en die bood een enorm bedrag. En omdat
ik de opbrengst van alle schilderijen in deze tentoonstelling schenk
aan een goed doel, kon ik dat bod gewoon niet afslaan. Hij had echter
wel een bijzondere eis."
Jasper kijkt gespannen toe wat er komen gaat.
"Hij wilde het doek meteen hebben."
"Bijzonder."
"Ja. Wel heb ik met hem toen afgesproken dat ik het van hem mocht lenen
om het aan jou te laten zien, want het paste fantastisch in mijn
verhaal voor jou."
"Ja. Zeker," reageert Jasper maar het is duidelijk dat hij teleurgesteld
is.
Het hele verhaal over het schilderij heeft Astrid met een strak gezicht
verteld, maar als ze dan het afgezakte gelaat van Jasper ziet, moet ze
het gewoon kwijt. "Kijk niet zo moeilijk, man! Pieter heeft het gekocht
en omdat jullie van plan zijn te gaan trouwen, is het eigenlijk dus ook
al van jou."
"Echt?" Jasper ziet hoe Astrid knikt. "Oh, wauw! Dat is geweldig. Nou
ja... tenzij Pieter natuurlijk op huwelijkse voorwaarden wil trouwen."
"Pieter?"
"Ja. Hij heeft het geld en ik niet. Is zoiets niet beter dan?"
"Ik zou het hem heel sterk afraden. Zoiets vind ik niet goed. Toen ik
met David trouwde wilde opa Simeon dat ik het wel deed maar ja... ik
ben flink eigenwijs en heb mijn eigen keuze daarin gemaakt en heb dus
niet naar mijn opa geluisterd."
"En dus wel een enorm risico genomen."
"Nee. Ik was zeker van David. Heel erg zeker. Was dat alles voor nu,
meneer Verhulst?"
"Nee. Heb je nog tips voor mij?" En die heeft Astrid. Ze raadt hem aan
om te gaan oefenen. Natuurlijk is er meteen een reactie want Jasper
heeft het idee dat hij elke dag al flink aan het oefenen is maar Astrid
heeft het over mediteren. Zelfs als zij hem dat duidelijk maakt is er
nog commentaar en verzet. "Maar ik kan niet op mijn kussentje zitten."
"Niet nodig. Je kunt ook in bed mediteren. Ik zal wat yogaoefeningen
voor je meenemen."
Jasper moet lachen. "Oké, en dan maar meteen in de een of andere vreemde
houding op m'n kop staan zeker."
"Nee, jongeheer Verhulst, yogaoefeningen voor alleen maar je vingers.
Laten we daar maar mee beginnen. Kalm aan, broertje."
"Dank je. Wil je nu Jennie gaan halen want de anderen zullen er ook al
wel zijn inmiddels."
Dan gaat Astrid de gang op en komt ze terug met een huilende Jennie. De
eerdere poging haar gerust te stellen toen Astrid de thee gehaald had,
was waarschijnlijk toch nog niet helemaal voldoende. "Rustig nou maar,
Jennie. Het is allemaal achter de rug. Kijk naar hem daar in het bed.
Zie je die glimlach?"
Jennie kijkt op en ziet dat wat Astrid bedoelt. Ze loopt op Jasper toe,
omhelst en knuffelt hem. "Jij grote sufferd! Waarom moest je nou zo
moeilijk doen! Waarom?"
Jasper weet dat zich groot houden geen enkele zin heeft. Het werkt
alleen maar averechts en dus laat hij zijn tranen komen. Door de waas
heen ziet hij dat Astrid de kamer verlaat.
"Gaat het wel?" vraagt Jennie bezorgd aan Jasper.
"Ja," klinkt het verstikt door de tranen. "Het gaat echt goed."
"Waarom huil je dan nog?"
"Omdat jij huilt en dat wil ik niet. Je mag niet huilen om mij."
"Ik doe wat ik zelf wil! Als ik wil huilen om jou dan doe ik dat!"
"Je hebt mij vaak stijfkoppig genoemd maar wat ben jij nu zelf?"
"Stijfkoppig! Omdat ik dat wil!"
"Maatjes?"
"Ja! Jij en ik! Voor altijd! En nu moet ik weg want je moeder, je vader
en Pieter willen met je praten."
"Ik weet het. Als het straks wat rustiger is, kom je dan terug?"
"Natuurlijk!"
***
Als dan eindelijk het telefoontje komt dat ze verwacht worden, slaakt
Marion een putdiepe zucht. Tegenover haar hoort ze precies hetzelfde
geluid uit de monden van Pieter en Martin komen. Ook voor hen twee
duurde het wachten wel heel erg lang. Veel te lang. En dan is Astrid
ook nog zo kort. Had ze niet iets kunnen toelichten? Nee, zo is het
goed, weet ze dan ook meteen. Beter is het om Jasper zelf te zien en te
spreken.
Als ze afdeling A3 oplopen, ziet Marion Jennie bij de deur van Jaspers
kamer staan. Dan komt Astrid naar buiten. Ze wacht totdat het drietal
bij haar en Jennie is en vraagt dan of het goed is dat Jennie eerst
even bij Jasper gaat kijken. Marion begrijpt de vraag van Astrid heel
erg goed. Jennie is belangrijk voor Jasper en voor hen allemaal. Jennie
was de verbindingspersoon. Zij zag, en kreeg van Jasper vaak te zien,
wat de familie niet te zien kreeg. Zij nam waar, waar de anderen dat
niet konden. Niemand heeft er een probleem mee en dan gaat Astrid met
Jennie naar binnen. Heel snel is Astrid echter weer terug. Ze vertelt
hen dat het naar omstandigheden goed met Jasper gaat. Dat hij erdoor
is. Dat de donkere wolken weg zijn en dat hij zelf ook weer perspectief
ziet in zijn situatie. Dat er waarschijnlijk nog wel heel veel gepraat
moet worden omdat zoiets niet in één keer helemaal weg kan zijn maar
dat de blik weer op het nu gericht is. Niet op het verleden waar
herinneringen zijn die hij zich niet kan herinneren en ook niet op de
toekomst die nog erg ongewis is. Het nu, dat is belangrijk. Elke dag
zien als een trede van een trap. En elke trede heel bewust bestijgen.
Marion begrijpt helemaal wat Astrid bedoelt. Dat is de Jasper die ze
kent. Die hij werd na dat vervelende voorval van zoveel jaren geleden.
Ze is heel erg blij dat Astrid de tijd helemaal vol praat totdat Jennie
de gang op komt. Eindelijk mag ze dan naar Jasper. Het is logisch dat
Jennie ook even wat tijd moest hebben met Jasper maar heel eerlijk
gezegd, is Marion heel erg blij dat zij nu mag.
"En vraag hem naar het verhaal over de onweersbui van mevrouw Van
Heijningen," krijg het drietal mee van Astrid.
Marion weet waar Astrid op doelt. Dat vreemde verhaal van haar oude
vriendin dat ineens midden in een gesprek met Jasper naar boven kwam
drijven vanuit haar jeugdherinneringen. Het verhaal dat bij Jasper het
vermoeden deed rijzen dat mevrouw Van Heijningen wel eens dement kon
zijn en dat zij met klem had weersproken.
Ze kan er niets aan doen. Ze is als eerste in de kamer en rent meteen op
Jasper af. Ze heeft zelfs het idee dat ze Pieter opzij heeft geduwd om
er maar als eerste te zijn maar... het moet gewoon... Jasper is nog zo
van haar! Haar kind! Haar zoon! De tranen lopen over haar wangen als ze
ziet hoe slecht hij eruit ziet. Een betraand gezicht. Diepe, donkere
wallen onder zijn ogen en een vermoeidheid die overduidelijk is.
"Jasper! Gaat het met je?" vraagt ze hem als ze hem in haar armen heeft
en hem waarschijnlijk veel te strak tegen zich aan trekt.
"Ja, mam. Het gaat goed met me," klinkt het met een duidelijk krakende
stem. "De pijn is geleden. Het zal waarschijnlijk nog wel even duren
voor ik het helemaal kwijt ben maar ik heb de eerste stappen in de
juiste richting gezet en dat samen met Astrid. En niet alleen met haar!
Ik weet dat jullie allemaal op de achtergrond meegewerkt hebben aan
haar plan. En, mam? Weet je? Dat verhaal van mevrouw Van Heijningen is
zo waar!"
Marion begrijpt dat ze er helemaal niet naar hoeft te vragen, zoals
Astrid hen aanspoorde. Het verhaal zit Jasper hoog, zo blijkt en komt
er heel gemakkelijk uit. Als ze hem dan iets van zich afhoudt, ziet ze
terwijl hij vertelt de sprankeling in zijn ogen die er de afgelopen
tijd niet is geweest. Ze ziet dat dat wat hij vertelt, werkelijkheid
voor hem is. Voor honderd procent waar. De tranen moesten komen om te
zorgen dat het verdriet, het vernietigende verdriet, zijn werk niet
langer kon doen. Dat het weer helder werd in hem. "Ja, jongen," zegt ze
als hij uitgepraat is, "zo is het en niet anders. Oh, wat ben ik blij
dat ik weer glimmertjes zie in je ogen. Maar... ik heb me niet zo
netjes gedragen tegenover Pieter en je vader. Ik ben voorgedrongen
omdat ik je zo graag in mijn armen wilde nemen en zelf zien dat het
goed met je was."
"Ik denk niet dat pap en Pieter dat erg hebben gevonden. Toch?"
"Echt niet!" zegt Pieter. "Tegen moederliefde kan ik nooit op. Dat is
toch heel wat anders. Niet minder of zo," verduidelijkt hij. "Gewoon
anders."
"Daar heb je gelijk in, Pieter," valt Martin hem bij. "Moederliefde is
ook heel iets anders dan vaderliefde. Ik heb mijn kinderen net zo lief
als Marion maar moederliefde... tja... hoe zou ik dat eens
omschrijven... "
"Doe maar niet, pap. Gewoon onmogelijk."
De begroeting van Martin en Pieter is gelijk aan die van Marion. Een
stevige knuffel en wat tranen. De waterlanders vanwege geluk en
blijdschap omdat alles er ineens heel anders uitziet. Jasper is weer
terug. En dat blijkt ook heel duidelijk als hij daarna meteen de koe
bij de horens vat en een heet hangijzer ter sprake brengt. Heel even
heeft Jasper woordeloos contact met Pieter. Ze hebben het vaker over
het onderwerp wonen op 'Boschlust' gehad en Pieter heeft de beslissing
daarover bij Jasper neergelegd. Hun keuze om daar niet te gaan wonen,
vertelt hij nu aan zijn ouders.
"Ik wist het al, jongen," zegt Marion. "Ik bleef er alleen op hopen dat
je nog van gedachten zou veranderen maar dat was een heel egoïstische
gedachte iets... "
"Nee, dat is het niet, mam. Ik weet dat je het beste wilt voor mij. En
jij bent een en al zorgzaamheid. Niet alleen ten opzichte van mij maar
ook voor anderen. Dat zit nou eenmaal in jou en daar is helemaal niets
egoïstisch aan. Maar ik, Pieter en ik, wij willen het anders. En ik
hoop dat je aan dat idee zult kunnen wennen."
"Ja, dat kan ik, Jasper. Jullie moeten doen wat het beste is voor
jullie."
"En, pap? Vind jij het leuk om een volgende verbouwing aan te pakken?"
"Heerlijk, jongen! Pieter en ik maken er tijd voor. We zijn een geweldig
team."
"En," vult Pieter aan, "dat wij niet op 'Boschlust' gaan wonen betekent
niet dat we er nooit zullen zijn. Ik heb daar, net als Astrid en David,
een eigen plek. Op feestdagen, bij verjaardagen, op al dat soort
momenten zullen wij er zijn om dat samen met onze familie te vieren."
"De eerste tijd wonen we er in ieder geval omdat ik eerst moet
revalideren maar daarna zullen we er ook in de weekenden regelmatig
zijn," geeft Jasper aan. "Ik zal moeten afkicken van het gezin waarin
ik ben opgegroeid en dat is niet iets dat je zomaar doet. En, Pieter,
je had het net al over allerlei vieringen dus, pak je agenda! We moeten
nodig onze trouwdatum vastleggen."
Pieter kijkt zijn vriend stomverbaasd aan. Een agenda? Die heeft hij
niet eens. Nou ja, hij heeft wel een agenda maar alleen eentje voor
zijn werk. Niet een die hij bij zich heeft.
Jasper ziet met groot plezier hoe hij Pieter met zijn opmerking in de
war heeft gebracht en begint te gniffelen.
"Ohhh, wat ben jij vervelend, zeg!" vermaant zijn moeder hem goedaardig.
"Is hij weer eens aan het plagen?" vraagt Martin naar de inmiddels
bekende weg. "Maar het mooiste van alles is dat jij hem dat verwijt,"
zegt hij wijzend naar zijn vrouw. "Dat is zoiets als ... euh... van de
pot en de kan... of hoe zit dat ook alweer... " Het juiste spreekwoord
wil hem echter niet te binnen schieten. Als hij merkt dat hij de
lachers op zijn hand heeft, laat hij het er maar bij zitten.
"Sorry, Pieter, ik kon het niet laten. Maar ik wil wel graag een datum
prikken. Mam, heb jij je agenda bij je?" De agenda wordt hem aangereikt
en Jasper overlegt met de drie naast zijn bed of er blokkades zijn
zoals verjaardagen of andere hoogtijdagen. Die blijken er de komende
periode niet te zijn. Rekening houdend met een minimale periode van
vier weken ondertrouw leggen ze een datum vast. Iets waar ze naar toe
kunnen werken. "Ik hoef dan nog niet thuis te zijn. Het kan wat mij
betreft ook gewoon hier in het ziekenhuis."
Dan dringt Marion erop aan om de verdere planning te verschuiven naar de
volgende dag. Ze heeft met plezier gekeken naar de manier waarop Jasper
bezig is. Hij is duidelijk heel erg moe maar hij heeft ook een nieuwe
bron van energie weten aan te boren, zo lijkt het haar toe.
Jasper is echter nog niet helemaal klaar met zijn visite. Hij komt met
de mededeling dat hij graag wil dat ook zij het wat rustiger aan gaan
doen. Bezoek is prima, is zijn mening, maar goed zorgen voor jezelf is
ook belangrijk. "Het ochtendbezoek kan komen te vervallen. Ook handiger
voor de fysiotherapie. Die kunnen me dan op verschillende tijden
inzetten. Als mijn schoolvrienden of anderen langskomen, mogen jullie
gerust thuisblijven. En hoewel het 's avonds met jou altijd heel
gezellig en knus is, Pieter, moet je af en toe ook gewoon een avond
overslaan."
"Hè, zeg! Wat krijgen we nou," reageert Pieter.
"Ik blijf net zoveel van je houden, schat. Maar zorg alsjeblieft ook
goed voor jezelf. Jij en mijn moeder zijn tot nu toe elke dag vanaf
hemelvaartsdag hier in het ziekenhuis geweest en dat houden jullie niet
vol. Af en toe moet de spanning van de boog anders knapt die straks en
dan zitten jullie met de gebakken peren. En voorkomen is beter dan
genezen. Doe het nou gewoon. Stuur me maar een sms'je als je niet
komt." Als hij ziet dat Pieter het er nog niet mee eens is, vervolgt
hij met: "Doe maar een stuk of tien." Als dan bij zijn vriend een
glimlach doorbreekt, weet hij dat die het er toch wel, zei het
schoorvoetend, mee eens kan zijn. "En, mam, dan nog iets."
Uit de toon van Jaspers inleiding blijkt voor Marion duidelijk dat er
over dat wat er gaat komen geen discussie mogelijk is.
"Maarten mag zelf de kleren uitzoeken die hij op onze trouwdag wil
dragen. Hij hoeft niet op net."
"Oh? Heeft het verenigde front van mijn zonen dat zo besloten?"
"Ik heb dat besloten en ik denk dat Maarten daar heel erg blij mee is."
"En ik?" vraagt Martin met een stem geladen van verwachtingsvolle hoop.
"Sorry, pap, jij valt buiten mijn invloedssfeer. Ik zou het niet durven
op het terrein van mam te komen."
"Dat heb je heel goed begrepen, jongeman. Heel verstandig van je om daar
vanaf te blijven. En jij, Martin, schaam je! Hoe haal je het in je
hoofd om zoiets te verwachten!"
"Maar, pap," komt Jasper zijn vader dan toch nog te hulp, "het is wel
handig als mam even wacht tot ze weet wat de kledingvoorschriften
zijn."
Pieter kijkt hem verbaasd aan en herhaalt: "Kledingvoorschriften?"
Jasper knikt.
"Doen wij daaraan dan?"
"Tja, misschien moeten we vanwege de grandeur van jouw puissant rijke
familie wel op een bepaalde manier gekleed gaan en hebben we daar zelf
helemaal geen inbreng in."
"Ammehoela! Niemand heeft daar iets mee te maken! Als jij in T-shirt en
spijkerbroek wilt trouwen, dan doen we dat! Punt uit!"
Jasper schiet vanwege de felle uithaal van Pieter in de lach. En als
Pieter dan doorheeft dat Jasper hem opnieuw zit te stangen, kan hij
zelf ook niet anders dan lachen. Bijval daarin komt van Marion en
Martin.
En zo krijgt een dag die zo heel erg moeilijk begon gelukkig een heel
andere wending.
Wordt vervolgd op donderdag 11 december 2014
Reacties zijn welkom op de site maar ook via mijn mailbox:
lucky_eye2@yahoo.co.uk
©Lucky Eye, januari 2013. Niets uit deze uitgave mag worden
verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk,
fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande
schriftelijke toestemming van de houder van het auteursrecht.
Auteurs waarderen reacties! Vergeet niet te stemmen, en schrijf de auteurs om te vertellen wat je al dan niet leuk vond aan het verhaal! |
|
Lucky Eye heeft 90 verhalen op deze site. Profiel voor Lucky Eye, incl. alle verhalen Email: lucky_eye2@yahoo.co.uk |
|
Typ beneden tekst in voor een snelle, anonieme reactie aan de auteur De auteur zal dit dan in zijn/haar email ontvangen.
Stuur dit bericht:
|
Sex dating | Hete Livecams (NL) | Erotic Lesbian Stories |