hoofd menu | gay categorieën | auteurs | top verhalen | nieuwe verhalen | zoek | links | instellingen | opties voor auteurs |
Lekkere meiden zitten achter de webcam op je te wachten! Klik hier! |
Carlo en Marco, de grote schok, deel 9. (mm:een-op-een, 14020 words) [9/9] Toon alle delen | |||
Auteur: klimbeer-jack | Toegevoegd: May 19 2008 | Kijkers/Lezers: 5106/3790 [74%] | Waardering (deel): 10.00 (1 stem) |
Na alles wat ze hadden meegemaakt, kwam er wel een hele grote schok, hoe gaan ze hiermee om? |
Klik hier voor de eerste 75 regels van het verhaal
hij tussen zijn snikken door. "Nee, schatje, dit is onze schuld, wij
hebben hier de puinhoop gemaakt, weet je nog, jij en ik en nu gaan wij
dat weer goed maken". "Maar ik ben ermee begonnen jongen, als ik toen
niet begonnen was over dat trio gebeuren hadden we nu dit niet aan de
hand, mijn vader had gelijk toen hij zei dat ik een doordrammer ben,
dit had ik jullie nooit aan mogen doen, waarom ben ik ooit met zoiets
achterlijks gekomen maatje, waarom", snikt hij met zijn hoofd op mijn
schouder. "Dat is nu niet belangrijk meer Marco, wat wij nu gaan doen
is voor onze jongen zorgen, samen jij en ik, bij mij zijn mijn ogen
open gegaan na het gesprek met pa en ma de Wijs, die hebben ook mij
duidelijk te verstaan gegeven, dat de schuld niet bij een maar bij twee
man ligt, wat wij nu moeten doen is elkaar vergeven schat en niet meer
bij het verleden stil blijven staan, maar samen naar de toekomst
kijken". "Waarom moet er verdomme altijd iemand de dupe zijn voor je,
je gaat beseffen dat je het helemaal fout doet en de boel aan het kapot
maken bent, kan het dan nooit eens op een normale manier gaan, moet je
nu zien Carlo hoe Tristan er hier bij ligt, allemaal door onze stomme
schuld". "Marco, loop even met me mee, dan gaan we eerst een kop koffie
halen, dan praten we verder, oke"? "Ga jij maar even alleen Carlo, ik
laat Tristan nu niet meer alleen". "Dat heeft geen nut Marco, hij
slaapt nog tot zeker morgen middag, kom nou maar gewoon even mee, dan
gaan we na de koffie meteen naar hem terug, kom op", ik trek aan zijn
arm, langzaam staat Marco op en loopt achterom kijkend met me mee, als
we ver genoeg van Tristan verwijdert zijn ga ik tegen over hem staan
kijk hem eens zeer doordringend aan.
"Nou moet jij eens goed naar mij luisteren Marco de Graaf, voor eens en
voor altijd stop jij met dat zielige gedoe van je, dit dramatische
gedoe van je hebben we niet nodig, ja we hebben er een puinhoop van
gemaakt, ja wij zijn daar alle twee aan schuldig en verantwoordelijk
voor en ja we moeten nu de brokstukken opruimen, maar wat als Bart er
wel op in was gegaan, wat als Bart niet met zo'n kutverleden had
rondgelopen, wat als alles was gegaan zoals wij voor ogen hadden en wat
als de lucht valt, dan hebben we allemaal een blauwe pet op, schei uit
met dat zielig doen, DAT BEN JE NIET BEGREPEN, VOOR EENS EN VOOR
ALTIJD, JE BENT NIET ZIELIG, MARCO DE GRAAF", ik had hem met twee
handen om zijn schouders vast en schudde hem flink door elkaar. Meteen
komt er een verpleegster op ons toe gelopen, "heren mag ik U dringend
verzoeken Uw ruzie buiten uit te vechten het is hier verdomme een
ziekenhuis, sorry dat ik vloek maar dit kan echt niet". "U hebt gelijk
zuster, het spijt me vreselijk, dit zal niet meer gebeuren", zei ik
schaamtevol, want nu drong het ook tot mij door dat ik als een viswijf
stond te gillen in die gang. Zwijgend liepen we naast elkaar naar
restaurant, daar zette ik Marco aan een tafel en ging ik koffie met
twee broodjes kaas halen, terug bij Marco gaf ik hem zijn koffie met
een broodje, "hier eet en drink wat, je hebt het nodig". Een hele tijd
hoorde je alleen maar het kauwende geluid van ons, nadat mijn broodje
op was begon ik weer te praten tegen Marco. "Dit heeft op deze manier
totaal geen zin, we kunnen zo bezig blijven tot we een ons wegen
jongen, het enige wat we blijven doen is elkaar aan de ene kant
verwijten maken en aan de andere kant onszelf zielig vinden en schoon
praten, laten we nu onder het verleden voor eens en altijd een streep
zetten en opnieuw beginnen, jij, Tristan en ik, we hebben het altijd
goed gehad samen, we hadden een hele stevige basis, en als je het mij
vraagt hebben we dat nog steeds, maar daar moeten we wel samen aan
blijven werken". "Je hebt wel gelijk Carlo, maar dat is gemakkelijker
gezegd dan gedaan, ik zou niet eens weten hoe ik daar aan moet
beginnen, jij wel"? "Zou het helpen als ik weer thuis kom wonen"? Marco
zit me met grote ogen van verbazing aan te kijken, zijn mond valt er
van open. "Nou zou dat jou helpen"? "Van waar die omslag ineens Carlo,
gisteren ben je nog naar je ouders gegaan". "Vanwege degene die nu hier
boven ligt Marco, want die zit met heel veel vragen, waar wij nog een
antwoord op moeten geven, dit ongeluk met Tristan heeft mij doen
besluiten om terug te komen als jij dat wilt tenminste". Ondanks de
situatie waarin wij nu zaten zag ik de glinstering weer in zijn ogen
terug komen, "wat dacht je, natuurlijk wil ik dat maar al te graag".
"Dan ga ik straks naar mijn ouders en vertel ze dat ik vanavond weer
naar huis kom, shit, de opa's en oma's die moeten we nog bellen, dat
zijn we helemaal vergeten man, shit".
Meteen pakken we beide onze mobiele telefoon, ik bel met mijn moeder en
Marco krijgt die van hem aan de telefoon, daarna belt hij naar opa en
oma de Wijs. Binnen en uur staan ze allemaal in het ziekenhuis en
vertellen wij wat we weten, ook vertel ik dat ik vandaag weer bij Marco
ga wonen. "Mag dat ook morgen Carlo", vraagt mijn moeder. "Waarom ma"?
"Ik heb nog een hele lading wasgoed van je, dan kan ik dat uitwassen en
kan je het meteen meenemen, is net zo gemakkelijk en die ene nacht zal
er ook niks aan af doen, of wel dan"? Marco en ik kijken elkaar even,
na een knikje van Marco weet ik dat hij het daar mee eens is en zo
slaap ik dus nog een nacht bij mijn ouders. Stiekem verdenk ik mijn
moeder ervan dat ze aan de ene kant wel graag wilt dat ik terug naar
huis ga, maar aan de andere kant me niet graag wil laten gaan, zodat ze
nog voor me kan blijven zorgen, wat ze altijd met veel liefde heeft
gedaan. Als we op de afdeling komen waar Tristan ligt, mogen de opa's
en oma's even bij hem aan bed, daarna gaan Marco en ik nog even. "Dan
ga ik nu naar huis schatje, dan kan ik de meeste van mijn kleren al in
de tas doen en kom ik morgen meteen na mijn dienst naar je toe, oke"?
"Is goed maatje, maar ik blijf bij Tristan, die laat ik nu echt niet
meer alleen, ik blijf hier vannacht". "Dat heeft helemaal geen nut
jongen, die knul weet niet eens dat je aan zijn bed zit en jij moet ook
je rust hebben, ga nu maar naar huis dat is echt het beste voor je en
dan kan je me meteen op het werk afzetten want ik moet mijn auto nog op
gaan halen". "Hier neem mijn auto maar, ik blijf hier", op dat moment
komt er een verpleegster de kamer in. "Goede avond heren, is het niet
de hoogste tijd voor jullie om te gaan het bezoekuur is allang
afgelopen hoor". "Weet ik", zei Marco, "maar ik blijf bij mijn zoon, ik
wil erbij zijn als hij weer wakker wordt". "Dan bent U morgen middag
nog op tijd genoeg, want dat wordt wel na het middagbezoek dat hij
wakker gaat worden, gaat u nu maar rustig naar huis, dat is het beste
voor U". "Kom Marco laten we gaan, we komen morgen ochtend wel weer
terug, want dat mag toch wel hé, vraag ik aan de verpleegster".
"Normaal gesproken niet, maar ik zal voor jullie een uitzondering maken
en een aantekening schrijven in het dossier van Uw zoon, zodat de
morgenploeg er ook van weet, maar gaat U nu maar naar huis".
Beide geven we Tristan een kus op zijn voorhoofd en lopen het ziekenhuis
uit naar de auto van Marco. Onderweg naar het werk praten we veel met
elkaar, "raar eigenlijk hé Carlo"? "Wat bedoel je Marco"? "Nou ik
bedoel, ten eerste dat er altijd iets verschrikkelijks moet gebeuren
voordat je ogen open gaan en ten tweede dat jij mij nu moet
ondersteunen, normaal moest ik dat bij jou doen". "Dat is nu het mooie
van onze relatie schatje, we zijn er voor elkaar en misschien ben ik er
wel sterker door geworden, ik vind het alleen enorm kloten dat het ten
koste van Tristan is gegaan, want waar heeft die knul met zijn
gedachten gezeten toen hij het ongeluk kreeg". "Ja, wie zal het zeggen,
dat kan alleen hij maar vertellen". "Hebben jullie gisteren nog lang
door gepraat over het hele gebeuren"? "Ja, tot hij naar bed is gegaan,
ik heb overal eerlijk antwoord opgegeven, want toen het hoge woord
eruit was kwamen bij hem natuurlijk ook de vragen los, maar ergens
moeten er toch nog vragen zijn die hij niet durft te stellen denk ik en
dat hij daarover nog aan het piekeren was". "Zou goed kunnen, maar ik
bedenk me ineens iets Marco, heb jij het telefoonnummer van Bianca,
want die weet nog van niks denk ik". "Nee, daar zijn we niet meer aan
toe gekomen, dat zal dan moeten wachten tot Tristan ons dat geeft als
hij eenmaal bij kennis is, we zien morgen wel". "We kunnen ook de
politie bellen want zijn fiets en schooltas zullen ook nog wel daar
liggen denk ik, en dan kan ik meteen in zijn telefoon kijken voor het
nummer van Bianca, dan bel ik haar vanavond nog op". "Is goed Marco,
prima plan van je, kan je als je me op het werk hebt afgezet meteen
doorrijden naar het politieburo, voor zijn spullen en misschien krijg
je dan ook nog meer info over het ongeluk".
Zo pratend zijn we inmiddels op het werk aangekomen, in de auto nemen we
afscheid van elkaar, Marco slaat zijn armen om me heen en knijpt me
zowat fijn, ik wrijf hem over zijn achterhoofd en rug, we geven elkaar
een kus op de mond, als ik uitstap zie ik ineens de directeur naast de
auto staan. "Mag ik hieruit concluderen dat het weer wat beter gaat
tussen jullie", vraagt hij aan mij. "Dat mag U zeker", zei ik met een
lach. Als Marco dat hoort stapt ook hij even uit, "hoe gaat het je
jullie zoon"? "Redelijk, ze houden hem nu in een kunstmatige slaap,
vanwege de pijn, maar morgen middag zal hij weer wakker worden gemaakt,
en daar willen we graag bij zijn". "Dat spreekt vanzelf, jongens, ik
zie jullie, of en van jullie volgende week wel weer verschijnen op het
werk, zorg nu eerst maar voor die knul, oh ja, doe me een lol haal
nooit meer van die domme streken uit wil je en blijf gewoon bij
elkaar", lachend loopt hij naar zijn auto, stapt in en rijdt weg, als
hij langs ons rijdt geeft hij nog een knipoog naar ons. "Die vent
blijft me verbazen Marco, maar ik ga, dan kan ik nog even proberen om
Bart te bereiken, want die heb ik nu toch wel heel veel te vertellen,
ik zie je morgenochtend in het ziekenhuis, oke"? "Kom je me niet halen
dan, kan je meteen je tas binnen zetten". "Is goed doen we, dan ben ik
zo rond half negen bij jou goed"?
Met een kus nemen we afscheid van elkaar en stap ik in mijn eigen auto,
buiten de poort van de fabriek draaien we ieder onze eigen kant op en
rijd ik naar mijn ouders, waar ik voor de laatste avond zal slapen,
want morgen ben ik weer thuis bij Marco. Eenmaal bij mijn ouders thuis
praten we er over en zijn ze blij dat ik weer thuis ga wonen, want daar
hoor ik toch thuis volgens hen, ik ga meteen naar mijn slaapkamer waar
ik mijn tas in ga pakken, ik ben daar net mee klaar als mijn moeder
duidelijk geschrokken mijn kamer in komt.
Hoofdstuk 2. "Eh, Carlo er is bezoek voor je". "Wat is er mam, je kijkt
zo geschrokken"? "Kom maar mee, dan zal je het wel zien". Als ik met
mijn tas in mijn hand beneden kom, zie ik in de woonkamer, voor mij
twee onbekende heren staan, bent U Carlo van Santen"? "Ja, dat ben ik,
en wie bent U als ik vragen mag"? "Ik ben rechercheur de Bruin, dat is
rechercheur de Wit, wij willen U graag spreken". Het was bijna
lachwekkend die twee namen, ik moest meteen aan een chocoladepasta merk
denken, als de situatie niet zo bedrukkend was. "U wilde ergens heen
gaan Meneer van Santen"? "Nee, morgen pas. Ik woon hier tijdelijk
morgen ga ik weer bij mijn man en zoon wonen, hoewel die knul nu in het
ziekenhuis ligt, hij heeft vandaag een ongeluk gehad". "Dan is hij niet
de enige", hoorde ik de een tegen de ander mompelen, maar duidelijk
genoeg om het te verstaan. "Wat bedoelt U daar mee", vroeg ik een
beetje boos. "Oh niets, komt nog wel, maar mogen wij U een paar
vraagjes stellen"? "Ja, hoor waarover"? "Kent U Bart Jansen"? "Ja, die
ken ik heel goed, waarom is er iets met hem"? "Wanneer heeft U voor het
laatst met Bart Jansen gesproken"? "Met Bart, dat is al meer dan twee
weken geleden, ik probeer hem wel bijna dagelijks te bereiken, maar hij
heeft mij toen gezegd dat als hij geen zin heeft om me te spreken dat
hij dan de telefoon niet opneemt". "Heeft hij reden om U niet te willen
spreken"? "Dat zijn privé zaken, zeg waar gaat dit over"? "Beantwoord U
eerst onze vragen graag". Ik keek even van mijn vader naar mijn moeder,
aan hun gezichten kon ik zien dat zij ook niet wisten waar dit over
ging.
"U hoeft niet naar Uw ouders te kijken meneer van Santen, geeft U gewoon
antwoord als U wilt", zei hij zeer dwingend. "Zeg je hoeft niet zo'n
toon tegen mij aan te slaan", ik werd echt boos nu, "ik wil nu eerst
weten waar dit over gaat, voor ik nog een woord zeg tegen jullie". "In
dat geval lijkt het me beter dat wij op het buro verder praten met U,
gaat U zo mee, of wilt U handboeien aan"? "WAT HANDBOEIEN", gilde mijn
vader. "Kom op Frans zo hoeft het nu ook weer niet, zich naar mij
draaiend, neemt U mijn collega niet kwalijk hij is pas nieuw op de
afdeling". "Dat doe ik dus wel, ik wil nu weten, nee beter gezegd ik
eis van jullie nu uitleg, waar gaat dit over"? "Meneer van Santen,
blijft U kalm, wij gaan met U naar het buro, daar krijgt U de volledige
uitleg van ons. "Oke, dan ga ik met jullie mee, mag ik dan even mijn
tas terug boven brengen"? "Neemt U die maar mee, want je weet maar
nooit of je die nog nodig hebt vannacht". "Nu is het klaar Frans, met
jou spreek ik op het buro nog wel, meneer van Santen wilt U mij
volgen"? Verbaasd kijkend naar mijn ouders loop ik achter de heren aan
en volg hen naar hun auto, daar stap ik achterin en laat me naar het
politieburo brengen. Normaal als je op het buro komt loopt je langs de
vooringang naar binnen, nu rijden we die voorbij en bij een groot
metalen hek blijven we even staan, de chauffeur draait zijn raampje
open en drukt op een knop, even later gaat het hek met een piepend en
knarsend geluid open en als het ver genoeg open is rijden we er
doorheen naar een van de vele parkeerplaatsen achter het buro. Als ik
uit wil stappen merk ik dat de deur van binnen uit niet open te krijgen
is, ik wacht dus rustig tot een van de agenten mijn deur open doet,
"volgt U ons maar meneer van Santen".
Ik loop kalm tussen hen in, het gebouw binnen, we komen in een lange
gang met allemaal deuren, boven deze deuren hangen bordjes met nummers,
bij deur vijf houden ze stil, "gaat U hier maar naar binnen dan komen
wij zo bij U, wilt U dadelijk misschien een kop koffie"? "Nee, dank U
wel, ik wil weten waar dit over gaat"? "Dat hoort U zo dadelijk, gaat U
hier naar binnen en neemt U rustig plaats op de stoel die er staat",
net als ik die kamer binnen loop vang ik nog een glimp op van Bart zijn
moeder, die staat aan het eind van de gang met een agente te praten.
Als ik de ruimte binnen ga hoor ik meteen de deur dicht vallen ik kijk
om en zie dat er geen klink aan de binnenkant van de deur zit, zit ik
in een politiecel, maar waarom, waarom moet ik in de cel, wat heb ik
gedaan"? Langzaam draai ik me om en kijk het kamertje rond, het is een
onprettige ruimte, met drie witte muren en een hele grote spiegelwand,
spiegelwand?, ik heb voldoende politieserie's gezien om te weten dat
dit geen cel maar een verhoorkamer is, maar waarom in godsnaam en wat
heeft dit met Bart te maken, zou hij een aanklacht tegen me ingediend
hebben en me daarom niet meer willen of durven spreken, dan zit daar
vast zijn moeder achter. Die heeft mij immers bezworen dat zij er wel
voor zal zorgen dat ik Bart geen kwaad meer kan doen.
In de grote spiegel zie ik mijn eigen zorgelijke gezicht, het enige wat
ik kan doen is kalm blijven en wachten tot er iemand komt om me uitleg
te geven, ik loop naar de tafel in het midden van de ruimte, aan de ene
kant staan twee stoelen, aan de andere kant van de tafel staat maar een
stoel, daar zal ik wel moeten zitten, denk ik, ik neem plaats wacht
rustig af. Dat wachten lang duurt weet iedereen, maar als ik regelmatig
mijn horloge raadpleeg zie ik toch dat ze mij bijna een uur laten
wachten, die zijn me vast aan het observeren, dan zit er maar een ding
op gewoon kalm blijven zitten waar ik zit. Na iets meer dan een uur
komen de heren de Bruin en de Wit het kamertje binnen, de
vriendelijkste van de twee heeft een bekertje drinken voor me bij en
zet het voor mijn neus, "een beetje drinken zal er wel ingaan denk ik",
zei hij. Ik neem het rustig van hem aan en neem een slok, "kan een van
jullie me nu eindelijk eens vertellen waar dit allemaal over gaat, en
wat deed mevrouw Jansen op het buro"? "Zo meteen meneer van Santen, of
mag ik Carlo zeggen"? "Je mag me noemen zoals je wilt als ik maar
uitleg krijg, is er misschien een aanklacht tegen me ingediend "? "Is
daar dan reden voor", vroeg de agent die ik ken als Frans. "Luister ik
heb mevrouw Jansen hier op het buro gezien, Marco en ik hebben een
flinke ruzie met Bart gehad, we waren dat aan het goed maken met hem,
de laatste keer dat ik met Bart gesproken heb, was toen wij van het
meertje vandaan kwamen, toen heeft hij mij nog een dikke knuffel
gegeven bij zijn ouders voor de deur en me gezegd dat het allemaal wel
goed komt tussen ons, maar dat het tijd nodig heeft, daarna heb ik hem
niet meer gezien of gehoord, zijn moeder ben ik een keer tegen gekomen
op straat en daar heeft zij me uitgemaakt voor rotte vis en bezworen
dat ik nooit meer met Bart in aanraking kon komen en dat zij er wel
voor zal zorgen dat het goed komt met hem, ik probeer bijna iedere dag
met Bart te bellen maar hij neemt niet op". "Nee, dat zal niet meer
lukken ook", zei Frans sarcastisch. De andere agent draaide zijn hoofd
met een ruk om en keek hem heel boos aan, Frans ga jij Marieke maar
halen ik heb het helemaal gehad met jou, rot op man". "Ik mag je niet
met een verdachte alleen laten". "WAT, VERDACHTE, ik, waarvan"? "Frans
oprotten nu en stuur Marieke hierheen, NU". Boos loopt de rechercheur
weg, hij slaat hard tegen de deur die daarop meteen open gaat en met
een knal wordt deze weer dicht geslagen, ik zit echt perplex te kijken,
wat is hier in hemelsnaam gaande, waar word ik van verdacht? "Carlo, ik
snap nu heel goed dat er veel door je hoofd moet gaan, ik zal even
wachten tot agent de Waal er is, dan leg ik je alles uit". Niet veel
later gaat de deur open en komt er een vriendelijk kijkende agente
binnen, ze steekt haar hand naar me uit, "hallo, ik ben Marieke de
Waal". "Carlo van Santen, mag ik nu eindelijk weten waar dit over
gaat"?
"Zo dadelijk Carlo, hoe lang ken je eigenlijk Bart Jansen al"? "Al mijn
hele leven, wij waren al vrienden op de kleuterschool, toen hij naar
Zweden is verhuisd is het wat minder geworden, maar toen hij met mijn
huwelijk met Marco ineens voor onze deur stond, laaide die vriendschap
meteen weer op net als vroeger". "En er is helemaal niets voorgevallen
tussen jullie"? "Er is maar zat voor gevallen tussen ons, maar zoals ik
al eerder heb gezegd is dat privé en nu zeg ik geen woord meer niet
voordat ik weet waarom ik hier verhoord word". De agenten keken elkaar
even aan, "oke, Carlo jij je zin, twee dagen geleden hebben de ouders
van Bart hem gevonden in zijn huis, hij lag dood in de keuken". Ik
sloeg helemaal lam, ik kon geen woord meer uitbrengen, wezenloos keek
ik in de verte, alles om me heen verdween, het leek of ik in een groot
zwart gat viel. Heel in de verte hoorde ik gerommel, het leek op het
schuiven van stoelen, ik hoorde heel ver weg mensen spreken, ik voelde
me langzaam wegglijden in dat grote zwarte gat, toen werd het stil heel
stil en donker. Langzaam en zacht hoor ik de stemmen weer terug komen,
er schijnt een heel vervelend lichtje in mijn ogen, ik knijp ze heel
hard dicht, ik hoor mijn naam roepen, "Carlo, Carlo, gaat het weer,
meneer van Santen, hallo geef eens antwoord"? Ik voel een hand zachtjes
tegen mijn wang tikken, "hallo meneer, geef eens antwoord". Heel
langzaam kom ik terug in de werkelijkheid, de stemmen worden luider,
het licht lijkt weer aan te gaan, langzaam doe ik mijn ogen open, ik
zie drie schimmen voor me staan, na een paar minuten herken ik er twee,
de rechercheurs die mijn aan het ondervragen waren en een vreemde man
die ik nog nooit gezien had, hij was het die tegen me sprak. "Hij komt
weer bij", hoor ik hem zeggen. Het blijkt dat ik op grond lig, ik voel
aan mijn achterhoofd, ik heb een vreselijke hoofdpijn, "wat is er
gebeurd", vraag ik zachtjes. "U bent flauw gevallen meneer van Santen,
zei de vreemde man tegen me, "ik ben dokter van Schie, hoe voelt U zich
nu"? "Beroert en hoofdpijn". "Kan ik me voorstellen de agenten vertelde
mij dat U van Uw stoel bent gevallen recht op Uw hoofd, daar heeft U
ook een flinke bult op staan, ik zal pijnstillers achter laten voor U,
want die hoofdpijn zal nog wel even blijven".
Ik word op een stoel gezet, alles dringt nog niet helemaal tot me door,
wel hoor ik de twee agenten met de dokter smoezen, "hij moet nu rust
hebben, laat hem maar naar huis gaan, dan kan hij morgen weer verhoord
worden". "Dat kan niet dokter, hij is momenteel onze enige verdachte
die we tot nu hebben, ik zal hem naar een cel laten brengen, dan kan
hij rusten en wat eten en drinken". "Let daarbij wel op dat hij niet
misselijk wordt, want dan kan het een hersenschudding zijn". "Meneer
van Santen, ik denk dat het wel mee valt, maar als U zich niet goed
voelt of misselijk wordt moet U dat meteen doorgeven aan de agenten
hoor, begrijpt U me"? "Ik denk het wel dokter dank je wel". "Dan ga ik
maar, mocht ik nog nodig zijn dan hoor ik het wel, mocht hij toch nog
misselijk worden meld dat dan even dan kom ik weer kijken naar hem,
want als hij toch een hersenschudding blijkt te hebben moet er een
wekadvies komen en moet je hem om de twee uur wakker maken, om te
controleren hoe het gaat". Als de dokter weg is zit ik aan tafel met
mijn hoofd in mijn handen, ik heb barstende hoofdpijn, even later komt
de vrouwelijke agent terug met een bekertje water en twee tabletten,
"hier neem maar in dat heeft de dokter je voorgeschreven". Even later
komt ook de mannelijke agent terug de kamer in, "nou, nou, je hebt ons
laten schrikken Carlo, wat was dat man"? "Ik weet het ook niet, maar
wat zei je daar straks, wat is er met Bart"? "Dat komt morgen wel
Carlo, voor nu is het genoeg, ik zal je naar een cel laten brengen".
"Naar een cel, waarom mag ik niet naar huis, wat is er gaande, wat
willen jullie van me"? "Ik zal je morgen alles vertellen, nu moet je
even rusten, straks krijg je eten en drinken, maar als jij je niet goed
voelt moet je ons meteen waarschuwen, heb je dat begrepen"? "Wie licht
mijn ouders in"? "Dat doe ik wel, ik ga zo bij ze langs, ga rustig met
agente de Waal mee dan spreken wij elkaar morgen weer, tot morgen
Carlo". Ik doe wat mij gevraagd word wat kan ik anders, ik maak het
alleen maar voor mezelf moeilijk als ik niet meewerk, maar wat zullen
mijn ouders wel niet denken, en oh god Marco die verwacht mij morgen
vroeg op de stoep, en Tristan die, als hij wakker wordt alleen zijn
vader aan zijn bed ziet staan, ik raak een beetje in paniek, Marieke
ziet het en maant mij tot kalmte. "Maar alles loopt verkeerd ik moet
wat doen, mijn ouders moeten naar Marco bellen die snapt anders niet
waarom ik er niet ben morgen en Tristan die knul weet al helemaal niet
wat er gebeurt is, oh shit dit gaat fout". "Laat alles maar aan mij
over, ik praat wel met rechercheur de Wit, die zal wel met je ouders
praten en dan komt het wel goed, voor nu moet je het maar rustig aan
doen". "Rustig aan doen hoe kan ik nou rustig aan doen, wat vertelde
jullie daar straks is Bart dood"? "Morgen Carlo, morgen vertellen wij
jou alles en dan moet jij ons ook alles vertellen, oke, ga nu maar even
op dat bed liggen, dan komt er straks iemand met eten en drinken voor
je". Als ik in de cel sta hoor ik achter mij de deur dicht gaan en op
slot gedraaid worden, ik kijk even rond, alleen een bed een tafel en
een stoel, wat als ik naar de wc moet, moet ik dan roepen, wat doe ik
hier en Bart is dood, dat kan toch niet, Bart is dood. Ik laat me
moedeloos op het bed vallen, dan dringt de bittere waarheid tot me
door, Bart is dood, oh mijn god, Bart is dood? Langzaam lopen de tranen
over mijn wangen, ik kan me niet meer beheersen, dat wil ik ook niet,
met mijn gezicht in mijn hoofdkussen laat ik mijn emotie's de vrije
loop, ik schok over mijn hele lijf, ik sla met mijn handen op het
matras, alsof die de schuld van alles is, nu zit ik pas echt in de
shit, oh mijn god, Bart is dood.
Ik hoor achter me het luikje in de deur open en dicht gaan, dan wordt
het slot open gedraaid en komt er iemand binnen, ik kijk niet eens wie
het is, ik voel een hand op mijn schouder komen, "gaat het wel Carlo",
hoor ik, het is agente de Waal. "Nee, het gaat niet nee, hoe kan het
ook, mijn beste vriend is dood, mijn stiefzoon ligt in het ziekenhuis,
Marco krijgt straks de schrik van zijn leven, mijn ouders en
schoonouders, zijn straks in alle staten, nee het gaat niet goed nee,
vind je dat raar soms"? "Dat is het zeker niet, ik kan me heel goed
voorstellen hoe je, je nu moet voelen Carlo, daarom vraag ik je
nogmaals, doe nu rustig en vertel ons morgen de waarheid jongen, dat is
het beste voor iedereen maar vooral voor je jezelf". Ik kijk haar even
aan, "maar hoe kan ik nu iets gaan vertellen als ik niet eens weet wat
er gebeurt is, en hoe kan jij je voorstellen hoe ik me moet voelen, heb
jezelf ook in deze situatie gezeten dan"? Ze schut met haar hoofd van
nee. "Nou dan kom dan niet aan met wat ik moet voelen, je kent me niet
eens, laat me nu maar met rust, ik heb genoeg aan mezelf op dit
moment". "Oke, dan zal ik je nu met rust laten, over een klein half
uurtje komen ze met eten voor je, dan zie ik je morgen weer, tot morgen
Carlo", zei ze heel vriendelijk terwijl ze me zachtjes op mijn rug
klopt. Ik zeg niets meer en draai mijn hoofd weer in mijn kussen, en
laat weer mijn tranen de vrije loop, achter me hoor weer dat vreselijke
geluid van het sluiten van de celdeur en het op slot draaien daarvan,
ik ben weer alleen en voel me ook zo, van god en alle mensen verlaten,
zo eenzaam heb ik me in mijn hele leven nog nooit gevoeld, dit is echt
kut. Na een lange tijd ga ik rechtop in bed zitten met mijn rug tegen
de muur, hoe is dit in hemelsnaam gebeurd, waar ben ik in terecht
gekomen, het lijkt wel een slecht geschreven detective, met mezelf in
de hoofdrol, maar wel een die ik niet wil.
Op dat moment gaat de deur weer open en komt een vriendelijk kijkende
agent met een dienblad met warm eten en een bekertje water binnen, hij
zit het op de tafel, wenst me smakelijk eten en gaat weer weg. Ik heb
geen trek in eten, ik kan geen hap door mijn keel krijgen, alleen het
water drink ik op, de rest laat ik staan, ik moet nadenken, waarom
wordt ik verdacht, oh shit, ik weet het nu ineens, ik word verdacht van
moord, op mijn beste vriend, maar hoe kan dat, ik heb hem in geen weken
gezien, en hoe is hij vermoord, maar vooral door wie, ik was het niet.
Hoe kan het dat ze daar mij van verdenken, ben ik dan de laatste
geweest die hem levend heeft gezien, dat was bij zijn ouders voor de
deur, zijn moeder heeft ons daar samen zien staan toen hij me die
knuffel gaf, zou zij nu zo ontzettend boos op me zijn dat ze dit in
mijn schoenen probeert te schuiven, dat kan ik haast niet geloven, wij
hadden vroeger altijd een heel goede band met elkaar, ik was haast een
zoon voor haar en dan nu dit, nee dat kan niet, of toch wel? Wat
betekende de uitspraak van die agent, vertel ons de waarheid maar,
waarom is dat beter voor Marco, Tristan en onze ouders, moet ik dan
mijn hele privé-leven hier op tafel leggen, moet ik ze vertellen van
ons voorstel, ze zullen me een zieke geest vinden, ik ga ze zeker niet
vertellen dat het toen van Marco af kwam, want dan lap ik hem er ook
nog bij, niet nu het weer goed gaat tussen ons. Maar de moeder van Bart
was ook hier op het buro, zij heeft vast en zeker wel alles verteld, en
was ik inderdaad de laatste die Bart levend gezien heeft, maar dat weet
ik dus ook niet zeker, want na ons gesprek bij het meertje heb ik hem
niet meer gezien, zou hij zijn ouders daarna ook niet meer gesproken
hebben, zou hij zich opgesloten hebben in zijn eigen huis?
Daarom kwam ze natuurlijk heel vriendelijk naar me toe, niet om te
troosten maar om me te breken, ze willen een bekentenis van me, maar ik
ga toch geen moord bekennen als ik dat niet gedaan heb, maar als ik
alles ga vertellen dan lijkt het daar wel op. Hij is een heel goede
vriend geweest, verdween uit mijn leven, kwam weer terug, het voorstel
wat wij aan hem hebben gedaan, we krijgen vreselijk ruzie met elkaar,
Bart is dood, ik zou de laatste zijn geweest die hem nog gezien en
gesproken heeft, als ik nu het hele verhaal ga vertellen dan kom ik
zeker in aanmerking voor een ernstige verdenking, als ik het zo zie dan
zou ik het zelf nog bijna gaan geloven, maar ik heb het echt niet
gedaan, ik moet ze daar van zien te overtuigen, IK HEB HET NIET GEDAAN,
schreeuw ik met alles wat ik in me heb in mijn hoofd en ik voel de
tranen weer over mijn gezicht lopen.
Ik schrik van de sleutels die mijn celdeur weer open draaien, "meneer
van Santen U heeft bezoek, komt U maar even met mij mee". "Ik bezoek,
wie dan "? "Ene Marco de Graaf, hij zei dat hij Uw man is en wil U
graag even zien, loop maar met mij mee, naar de bezoekersruimte".
Rustig loop ik achter de agent aan, de tranen van mijn gezicht wrijvend
en kom in een grote ruimte met allemaal tafels en stoelen, als ik met
de agent binnen kom, springt Marco op van zijn stoel, ik kan me ook
niet meer inhouden en sprint op hem af, met een klap komen we tegen
elkaar aan, we slaan meteen onze armen om elkaar heen, samen laten we
weer onze tranen lopen en huilen tegen elkaars schouders. "Wat is er
gebeurd Marco", vraag ik na een tijd. "Ik weet het ook niet jongen,
maar je moeder belde me, ik ben meteen gekomen en heb gevraagd of ik je
mocht zien, normaal doen ze dat niet op dit tijdstip, maar ik zei dat
ik heel erg ongerust was en je wilde zien, toen heeft die agent het
toegestaan". Ik keek op de klok en zag dat het al half elf geweest is,
"dan hebben ze daar ook lang mee gewacht, ik zit al bijna de hele dag
hier in de cel, waarom hebben ze dat gedaan"? "Weet ik niet maatje, wij
weten helemaal niets, behalve dat ze Bart dood hebben gevonden en dat
jij de laatste geweest zou zijn die hem levend gezien heeft". "Maar ik
heb het niet gedaan Marco, dat zou ik Bart nooit aan kunnen doen, ik
houd van die jongen, hij was mijn aller beste vriend, die ga ik toch
niet vermoorden"? "Ik weet het maatje, ik weet het, maar vertel me
alles wat er tot nu toe gebeurt is jongen". Alles maar dan ook alles
vertel ik hem, vanaf het moment dat die rechercheurs bij mijn ouders
thuis waren tot aan het moment dat wij nu samen zitten, "wat moet ik nu
doen Marco, ik kan ze toch niet gaan vertellen van wat wij allemaal
gedaan hebben, hij zei zelf dat het allemaal goed zou komen, wat is er
in hemelsnaam gebeurt met Bart"?
"Carlo ik denk dat je wel alles moet vertellen, je zei zelf net al dat
Bart zijn moeder ook hier geweest is, dan heeft zij zeker wel alles
verteld, dan kan je bijna niet anders dan alles te vertellen wat je
weet en wat er gebeurt is, want als je alles op een rijtje zet dan
spreken de feiten voor zich jongen en moeten ze jou wel laten gaan".
"Denk je dat echt, ik heb dat al gedaan Marco en ik kan je zeggen dat
het er niet mooi uit ziet voor mij, denk nu eens na man, dan moet ik
dus ook gaan vertellen wat wij met hem wilde en dat jij met dat
voorstel bent gekomen, ze zullen ons een stel zieke geesten vinden, die
om de rust in hun leven terug te krijgen wel tot zulke dingen in staat
blijken te zijn, zo zie ik het toch". "Ik denk dat het allemaal wel mee
valt, het is ook allemaal anders uit te leggen en ze zullen toch ook
wel voor rede vatbaar zijn, je moet zeker niets gaan verzwijgen of gaan
liegen, want dan ben je meteen de lul en geloven ze jou nooit meer, dat
moet je zien te voorkomen jongen". "Misschien heb je wel gelijk, ik zie
wel hoe het loopt, en ik zal wat ik weet vertellen, maar ik heb je ook
nog wat te vragen, heb jij Bianca nog kunnen bereiken"? "Ja, ik ben
vandaag bij de politie geweest en heb alle spullen van Tristan mee
gekregen, ook zijn telefoon, daar vond ik het nummer van haar en ik heb
gevraagd of ik even langs mocht komen om te praten, dat heb ik gedaan,
ik heb haar mijn excuses gemaakt en gezegd dat ze altijd van harte
welkom is bij ons, morgen komt ze ook naar het ziekenhuis, dus zie ik
haar daar wel, haar ouders hadden wel begrip voor me, al wisten ze niet
waarom ik zo flipten, toen heb ik maar verteld, dat ik zo ontzettend
boos op hem was vanwege zijn rapport". "Ze was zeker erg geschrokken
toen jij het van Tristan vertelde"? "Wat dacht je, natuurlijk schrok ze
enorm, ze wilde meteen naar hem toe gaan, ik heb haar uitgelegd dat het
nu geen zin meer had om te gaan en dat het morgen ochtend tijd genoeg
is, dus zie ik haar morgen vroeg in het ziekenhuis". "Die twee zijn dus
echt smoorverliefd op elkaar". "Zeker weten maatje, dat kon ik wel
merken aan haar". Ik laat een diepe zucht aan me ontsnappen, ik weet
het allemaal niet meer, er gaan veel emotie's door me heen, ik word
heen en weer geslingerd tussen geluk voor die twee jong verliefden en
verdriet voor Bart, hoe kan het zo gebeuren, zo zit je in het
ziekenhuis aan het bed van je zoon en het volgende moment ben je
verdachte in een moordzaak, ik kan daar met mijn pet niet bij.
"Heren, ik moet een eind maken aan dit bezoekje, ik ben al buiten mijn
boekje gegaan door dit toe te staan, maar nu moet U echt terug naar Uw
cel meneer van Santen", onderbreekt de agent mijn gedachtegang. Meteen
voel ik Marco's hand op de mijne, we staan op en omhelzen elkaar weer
stevig, "ik zal morgen een advocaat raadplegen Carlo, misschien dat die
weet hoe het verder moet". "Dank je wel schatje, doe onze ouders de
groeten van me, ik zie je snel, en als Tristan naar mij vraagt zeg dan
maar dat ik ziek op bed lig, dit hoeft hij voorlopig niet te weten".
"Zal ik doen jongen, tot snel, dag maatje, ik houd van je". "En ik van
jou, ik volg de agent met de tranen in mijn ogen terug naar de cel,
naar die vreselijk kleine cel. Als Carlo de volgende morgen gewekt
wordt, gaat ook bij Marco de wekker, hij staat op en loopt zuchtend
naar de badkamer, neemt een douche, scheert zich en na zich aangekleed
te hebben kamt hij zijn haren en gaat naar het ziekenhuis. Als hij bij
Tristan aan zijn bed komt zit Bianca al bij de jongen en houdt zijn
hand vast, zachtjes streelt ze door zijn haar en praat met de jongen,
die nog steeds bewegingsloos en van heel de wereld geen weet hebbend in
het bed ligt. "Hoi", zegt ze zacht tegen Marco, terwijl hij zijn hand
op haar schouder legt zegt hij hoi terug, dan pakt hij een stoel en
gaat naast de vriendin van zijn zoon zitten. "Het is nog veel te vroeg,
ze maken hem vanmiddag pas wakker, maar ik wilde er nu al zijn". "Ja,
ik ook, ik ben benieuwd hoe hij zich zal voelen meneer, want die moet
volgens mij veel pijn hebben straks". "Dat denk ik ook ja, maar Bianca,
zeg maar gewoon Marco hoor, dat vind ik beter dan meneer". "Oké, ik zal
er de volgende keer aan denken, wilt U nu misschien wat drinken, dan ga
ik het wel halen, kan U even naast Tristan zitten". "Nou een kop koffie
zou er wel in gaan, moet je geld mee hebben"? "Nee, hoor ik heb zelf
geld bij, dat lukt wel, ik ben zo terug", ze draaide zich om en liep
naar het restaurant voor drinken voor Marco en zichzelf.
Hoofdstuk 3. Op het politieburo werd Carlo uit zijn cel gehaald nadat ze
hem een ontbijt gebracht hadden, ook daarvan had hij niets gegeten,
alleen een kop koffie had hij op. "Oké, Carlo ik zal je het hele
verhaal uit de doeken doen, dan kan jij daarna jou verhaal vertellen,
wij werden nu drie dagen geleden gebeld door de moeder van Bart, ze was
naar hem toegegaan, omdat ze al een paar weken niets meer van hem
gehoord had, toen ze bij hem in huis kwam zat hij niet zoals gewoonlijk
in de bank, vandaar dat ze op onderzoek uit ging en hem vond in de
keuken". "Bart lag in een plas bloed en er lag een groot mes bij hem op
de grond, ze heeft meteen zijn pols gevoeld, toen ze helemaal niets
voelde heeft 112 gebeld en daarna zijn wij ingelicht, dat is normaal
als iemand zo gevonden wordt". "Wij starten dan meteen een volledig
onderzoek en proberen daarbij zoveel mogelijk sporen veilig te stellen,
ook doen wij een buurt onderzoek, daarin viel jou naam voor de eerste
keer, de buren vertelde ons dat jij een paar weken geleden bij hem op
bezoek was en dat hij jou niet graag binnen liet, na een paar uur ben
je weer weggegaan en is Bart naar zijn ouders gegaan, daarvan keerde
hij laat in de avond pas weer terug". "Mag ik even onderbreken, dat
gesprek met Bart, waar U het nu over heeft, is veel eerder geweest, ik
heb Bart een paar weken geleden bij het meertje ontmoet, en niet bij
hem thuis, daarna heb ik hem niet meer gezien of gehoord". "Goed, wil
jij dat even opschrijven Marieke dan ga ik door, oké, van een getuige
hoorde wij wat er tussen jullie allemaal heeft plaats gevonden ik weet
van jullie ruzie, ik weet wat jullie hem hebben voorgesteld en ik weet
ook zijn verleden, dat voorstel is niet goed gevallen bij Bart, vandaar
dat hij jullie bleef mijden, toen jullie van dat meertje vandaan kwamen
was hij blijkbaar heel erg depressief en heeft hij geen woord meer
tegen zijn ouders gezegd en is na een klein uurtje naar huis gegaan,
sindsdien hebben zijn ouders niets meer van hem gehoord totdat zijn
moeder hem vond in zijn keuken".
Hier was ik stil van, ik zat met de tranen in mijn ogen, wat was daar in
godsnaam gebeurd, wie heeft Bart nog ontmoet na ons laatste gesprek,
met wie heeft hij toen nog contact gehad, niet met mij, wat is er
allemaal in dat hoofd van die jongen omgegaan, dat hij niet eens meer
met zijn eigen ouders gepraat heeft. "Carlo..., Carlo"..., ik schrok op
toen ik mijn naam hoorde, "kan jij voor ons de lege plekken in vullen
en precies vertellen wat er is gebeurt, nadat jullie bij dat meertje
vandaan zijn gekomen"? "Die getuige mag ik weten wie dat is"? "Waarom
wil je dat weten Carlo"? "Omdat ik denk dat ik wel weet wie dat is, dat
moet Bart zijn moeder of vader geweest zijn, zij en haar man zijn de
enige naast Marco en ik die het hele verhaal kennen". "Nou wie dat is
doet er nu niet toe, wij geven nooit namen van getuige, dus als je wilt
gaan vertellen". "Jullie weten alles al, meer is er echt niet gebeurd,
ik heb hem ook niet meer gezien daarna, ik heb hem wel bijna iedere dag
gebeld om te vragen hoe het met was, maar hij nam niet op, hij had me
dat al wel gezegd, dat als hij geen zin had in een gesprek met mij, hij
me dan niet te woord zou staan". "Zou je voor alle duidelijkheid, mij
het hele verhaal willen vertellen, wij nemen dat op, op band en
vergelijken het dan met de getuigenverklaring, om zo tot een oplossing
van deze zaak te kunnen komen". "Oké", zei ik en ik ben gaan vertellen,
van onze jeugd, dat wij boezemvrienden waren, zelfs vertelde ik dat ik
verliefd op hem ben geweest, ook van zijn huwelijk met Inga en hoe dat
is afgelopen, daarna het weerzien op onze huwelijksdag en de tijd erna
dat we zo ontzettend goed met elkaar overweg konden ook Bart met Marco,
ik vertelde ook wat Bart mij had verteld, dat hij toch altijd wel wat
voor mij gevoeld had en waarom hij dat nooit had verteld. Om die reden,
en omdat ik Marco niet kwijt wilde hadden wij het plan opgevat om aan
Bart te vragen wat hij van een trio met ons zou vinden, dat het van
toen af fout ging tussen ons en die verschrikkelijke ruzie, dat wij
toen niet wisten wat hem was overkomen in Zweden, dat hij verteld had,
dat hij zich enorm schaamde voor wat hij gedaan had en met zich had
laten doen, en dat ik hem toen een paar keer gesproken had. De eerste
keer bij hem thuis, de tweede keer ook bij hem thuis, maar dan meer
onder dwang, omdat hij als een zwerver over straat had gelopen en ik
hem geholpen had en toen het hele verhaal van Zweden pas te horen had
gekregen. Dat ik hem daarna een hele tijd niet meer had gezien, pas bij
het meertje heb ik hem toen weer terug gezien en hebben we eigenlijk
een heel goed gesprek gehad, dat ik en Marco hem wilde helpen als hij
ons dat toe liet. Ook vertelde ik van mijn aanvaring met zijn moeder,
die mij bezwoer dat ik nooit meer met Bart in aanraking zou komen, daar
zorgde zij wel voor, ik eindigde met wat ik hier te horen had gekregen,
niet een keer werd ik onderbroken, door de twee agenten, ze lieten mij
het hele verhaal doen.
Ondertussen is het al aardig in de middag als bij Tristan op de kamer
een dokter en een verpleegster binnen komen, die gaan het infuus
aanpassen zodat er minder verdoving bij Tristan ingebracht wordt, het
wachten op, dat hij zijn ogen open gaat doen is nu begonnen, zowel
Marco als Bianca, zijn een beetje nerveus, hoe gaat hij reageren, heeft
hij veel pijn, wat weet hij nog van het ongeluk, en wat voor Marco heel
belangrijk is, waardoor hij het ongeluk heeft gekregen. Het duurt nog
een hele lange tijd voor Tristan een keer met zijn ogen knippert, hij
sluit ze weer en blijft weer heel stil liggen, na een uur gaan ze weer
open en lacht hij heel even naar zijn vader, dan gaan ze weer dicht,
aan de rustige ademhaling merken ze dat hij weer slaapt. "Dit kan zo
nog wel uren door gaan meneer de Graaf, misschien dat U beter even wat
kan gaan eten beneden in het restaurant", zei de dokter. "Echt niet ik
ga hier niet meer weg, wat doe jij Bianca wil jij wel gaan eten", ze
schut even nee en kijkt weer naar Tristan, "sorry maar wij blijven nu
hier tot hij helemaal wakker is geworden". "Prima, maar U zult toch
echt eens wat moeten eten, zuster wilt U vragen aan de keuken of ze wat
broodjes kunnen brengen voor deze mensen hier, dat moet kunnen voor een
keer". Terwijl de verpleegster naar de keuken gaat belt Marco zijn
ouders om te melden dat het nog wel even gaat duren voor Tristan wakker
wordt en vraagt aan zijn ouders om dat door te geven aan de andere
opa's en oma's, meteen wordt er ook naar Carlo gevraagd, "daar kan ik
nu niets over zeggen pa, dat vertel ik vanavond wel, oké"? "Een ding
nog Marco heeft Carlo al een advocaat"? "Oh shit, hoe kon ik dat nou
vergeten, dat vergeeft hij me nooit pa". "Maak je niet druk jongen dan
regel ik dat samen met je moeder wel, blijf jij maar in het ziekenhuis
bij Tristan, je hoort nog van me, tot snel jongen". Tot snel pa en
bedankt voor alles, dag".
Het duurt nog een hele tijd voor Tristan weer heel even zijn ogen opent,
ondertussen ligt Carlo weer in zijn cel en denkt aan Marco, Tristan en
aan Bart, hij schiet weer vol en voelt zijn tranen weer over zijn
wangen lopen, hoe heeft dit zo kunnen gebeuren, dat blijft constant
door zijn hoofd spoken, waarom moest dit gebeuren, wie wilde Bart per
se dood hebben, maar vooral waarom. Hij sluit zijn ogen, het enige wat
hij ziet is het smekende gezicht van Bart, die lijkt te vragen, waarom
Carlo waarom, "ik kan daar geen antwoord op geven Bart, kon ik dat
maar, dan wist ik ook wie dit gedaan heeft en waarom ik de schuld
hiervan moet krijgen, maar ik weet het echt niet jongen", zo ligt Carlo
tegen zichzelf te praten, dan hoort hij het slot van zijn deur en komt
rechercheur de Wit binnen. "Ga je met me mee Carlo ik wil je nog wat
vragen stellen, want er is me iets niet helemaal duidelijk". "Is goed",
zegt Carlo en terwijl hij opstaat, veegt hij met zijn hand de tranen
van zijn gezicht, de rechercheur ziet dat maar zegt er niets van en
loopt naast Carlo naar het bekende kamertje met het nummer vijf
erboven. Ze nemen tegenover elkaar plaats, agente de Waal zat er al en
zet de recorder weer aan, "er is me nu al veel meer duidelijk geworden
Carlo, maar je moet me toch eens uitleggen waarom jou liefde en
vertrouwen in Marco zo ineens om kon slaan in wantrouwen en haat,
genoeg om weer bij je ouders te gaan wonen". "Haat was er niet, is er
niet en zal er ook nooit komen, dat zie je helemaal verkeert,
wantrouwen is ook een groot woord, maar nadat wij met het trio voorstel
zijn gekomen, heb ik met mezelf geworsteld, in eerste instantie wilde
ik het ook niet, wij hebben daar heel veel over gepraat". "Met wij
bedoel je jij en Marco neem ik aan"? "Ja, dat bedoel ik, ik houd heel
veel van Marco en wil hem absoluut niet kwijt, hij verzekerde me ook
dat als ik het uiteindelijk niet zou doen, hij me dat helemaal niet
kwalijk zou nemen, hij liet de beslissing aan mij over, ondertussen
gingen we heel goed om met Bart en het leek mij dat hij steeds meer
naar ons toe trok, ik bedoel daarmee, dat hij steeds intiemer werd met
mij en Marco". "Waarin uitte zich dat Carlo"? "Bijvoorbeeld, dat hij
ons steeds vaker aan raakte, waar hij kon en wanneer hij kon, maar
nooit op intieme plaatsen, dat deed hij niet, wij voelde ons steeds
meer verbonden met hem en omdat ik heel graag Marco's droom waar wilde
maken dacht ik dat Bart het ook wel zou zien zitten, toen dat niet
gebeurde, veranderde er bij ons ook veel, ik nam Marco kwalijk dat hij
hiermee begonnen was, terwijl de uiteindelijke beslissing bij mij lag
en ik die ook genomen heb". "Marco en ik kregen steeds vaker ruzie, ook
om kleine onbenullige dingen, zoals het niet opruimen van sokken
bijvoorbeeld, maar wat mij vaker en vaker tegen ging staan was dat ik
alles verborgen moest houden voor Tristan, die wilde ik daar echt niet
mee confronteren en ben ik tegen die knul gaan liegen. "Dat ging van
kwaad tot erger, we gingen elkaar verwijten maken dingen zeggen die er
niet toe deden, die kant noch wal raakte, toen we op een dieptepunt
zaten heb ik de handdoek in de ring gegooid en ben tijdelijk bij mijn
ouders gaan wonen, gewoon om even rust te hebben, om even alles op een
rijtje te kunnen krijgen, als ik dat op orde had dan zou ik weer terug
gaan naar Marco en Tristan". "Hoe ben je tot dat inzicht gekomen"?
"Door veel te praten met Marco, met onze ouders en met pa en ma de
Wijs, dat zijn de ouders van Marco's overleden vrouw, en daarna zijn we
ook heel eerlijk tegen Tristan geweest en hebben hem alles opgebiecht,
want die knul kreeg de rekening gepresenteerd en dat vond ik niet
kunnen, ik zou dus gisteren terug naar huis gaan". "Waarom heb je bijna
iedere dag met Bart willen bellen, als je wist dat hij mogelijk niet
met je zou willen praten"? "Ik wist inderdaad dat er die mogelijkheid
was, maar het zou ook kunnen dat hij wel wilde praten met me en dan
vond ik dat ik er moest zijn, bovendien vond Bart dat hij de schuld was
van de tijdelijke scheiding van Marco en mij omdat ik toen bij hem ben
blijven slapen, toe hij mij dat verhaal van Zweden had verteld". "Was
Marco daar zo boos over dan "? "Ja, wij hadden toen al heel vaak ruzie,
toen ik Bart tegen kwam in de Stad schrok ik enorm van hem ,hij leek
wel op een zwerver, had zich al weken niet meer verzorgd, ik heb hem
toen gedwongen om mee te gaan naar zijn eigen huis, eerst wilde hij
niet en gaf me een vuistslag op mijn gezicht, ik heb doorgezet en heb
hem meegenomen, toen kwam zijn hele verhaal eruit en ben ik blijven
slapen, daar was Marco zo boos over dat hij zulke erge dingen tegen me
gezegd had, dat ik het niet meer zag zitten en ben toen naar mijn
ouders gegaan".
"Oké, tot zo ver is het me duidelijk, ik heb een huiszoekingsbevel
gevraagd om al jou kleren te onderzoeken, we hebben ook al naar je
ouders gebeld om geen kleren meer van je te wassen, mag ik je tas met
kleren om daar ook een onderzoek op te doen"? "Wat valt er aan mijn
kleren te onderzoeken dan"? "Dat is normaal Carlo, je zult ondertussen
ook wel door hebben dat jij de hoofdverdachte bent in deze zaak, dus
moeten wij alles onderzoeken op sporen". "Wat voor sporen, hoe is Bart
om het leven gekomen"? "Dat hoopte ik eigenlijk van jou te horen
Carlo". "Hoezo, van mij te horen, ik ben niet degene die hem gevonden
heeft, jullie kwamen ermee dat hij in een plas bloed lag, niet ik, hoe
kan ik dan weten hoe hij om het leven is gekomen"? "Zeg het ons maar,
dan zijn we des te eerder klaar met het onderzoek". "Maar ik heb het
niet gedaan, ik ben onschuldig". "Dat zeggen alle verdachten, je bent
in ieder geval onschuldig tot het tegendeel is bewezen, zo gaat dat
hier in Nederland en met dat tegendeel zijn wij nu bezig". "Heb je
verder nog iets toe te voegen, Carlo"? "Nee, ik niet, jullie wel"? "Nu
even niet, wij gaan door met ons onderzoek, je kan terug naar je cel".
"Mag ik dan misschien met mijn ouders praten of met Marco"? "Dat lijkt
me in dit stadium van het onderzoek niet verstandig, jij weet nu dingen
die ons onderzoek kunnen frustreren daar zit ik niet op te wachten".
"Maar ik wil heel graag weten hoe het met mijn zoon gaat, hij heeft een
ongeluk gehad en wordt vandaag uit de verdoving gehaald, daar was ik
graag bij geweest, dat het niet kan snap ik ook wel, maar ik mag toch
wel horen hoe het met hem gaat"? "Sorry, Carlo het spijt me vreselijk
maar dat zal toch echt even moeten wachten, tot wij vinden dat je weer
contact kan hebben met de mensen". "En met een advocaat mag ik zeker
ook niet praten, ik heb daar toch recht op volgens de wet, en moeten
jullie me niet wijzen op mijn rechten", ik werd een beetje pissig dat
me alles ontzegd werd. "Je kijkt te veel politieserie's Carlo", en met
dat werd het gesprek beëindigd en stonden de beide agenten op.
Teleurgesteld werd ik terug gebracht, en mocht geen contact meer met
mijn omgeving hebben, ik hoopte maar dat Marco er nog aan dacht om een
advocaat te raad plegen, zodat ik te weten kon komen wat mijn rechten
zijn, maar ik vreesde het ergste, want die zat nu zeker bij Tristan aan
zijn bed.
Ondertussen komt de jongen steeds meer bij kennis, Bianca was van plaats
met Marco verwisseld, zodat die nu bij Tristan aan het bed zat, af en
toe kneep de knul zachtjes in de hand van zijn vader die hem dan een
lieve glimlach gaf, toch kon Marco af en toe een traan niet
onderdrukken, Bianca had haar handen op de benen van Tristan liggen en
ook zij kneep af toe zachtjes om te laten weten dat ook zij er voor hem
was. Toen Tristan zijn ogen weer eens open had zei hij, "hoi pap". "Hoi
jongen", zei Marco met trillende stem, "gaat het een beetje met je"?
"Pijn pap, ik heb veel pijn, maar verder gaat het wel". "Kijk eens wie
er bij me zit", Marco ging een beetje naar achteren en toen zag Tristan
zijn vriendinnetje zitten, even leek hij te schrikken en keek naar zijn
vader. "Niet schrikken schat, ik heb haar gevraagd om erbij te komen
zitten, we hebben een goed gesprek gehad samen, ik heb haar ook mijn
excuses gemaakt, ik kan je niet vaak genoeg zeggen dat ik zo ontzettend
fout zat knul en dat ik heel veel spijt heb van wat ik gedaan heb".
"Laat maar papa, het is goed zo, maar waar is Carlo", vroeg Tristan
zachtjes pratend. "Die kan voorlopig niet komen jongen, die ligt ziek
op bed, maar zodra hij kan komt hij zeker naar je toe, dat heeft hij me
beloofd".
Weer lag de jongen heel even met zijn ogen dicht, om ze daarna weer open
te doen en naar zijn vader en vriendin te lachen. "Ik ga even naar
beneden om drinken te halen voor ons, dan kunnen jullie even samen
zijn, ik ben zo terug". Met een kus op het voorhoofd van Tristan gaat
Marco naar het restaurant voor twee bekers cola, voor Tristan bracht
hij niets mee, omdat hij niet wist of de jongen wel drinken mocht
hebben. Toen hij terug kwam op de kamer was de verpleegster er ook,
"even checken of alles nog goed gaat met onze patiënt", zei ze lachend.
Nou het ging een stuk beter want toen ze op de kamer kwam betrapte ze
de twee terwijl ze lagen te zoenen met elkaar, maar ze had beloofd
niets tegen Marco te zeggen. "Ik zal de dokter nog even roepen dan kan
hij ook nog controleren of alles goed is". De dokter onderzocht hem en
kon buiten wat de jongen had niets vreemds ontdekken, "dokter mag ik
ook wat drinken ik heb een hele droge mond namelijk", vroeg Tristan.
"Nog even niet jongen, jij krijgt je vocht nog via de infuus, vanavond
kijken we wel, maar voorlopig zal je het daarmee moeten doen, we kunnen
een hersenschudding nog niet uitsluiten vandaar". "Dokter kan ik U nog
even onder vier ogen spreken", vroeg Marco. "Natuurlijk loopt u maar
even mee". "Ik ben zo terug knul, even met de dokter praten, tot zo",
en Marco volgde de dokter naar zijn spreekkamer. "Het volgende is er
aan de hand dokter, wij zitten in een heel lastig pakket", Marco legde
in het kort uit wat er aan de hand was en dat Carlo nu op het
politieburo vast zat, "daarom heb ik tegen Tristan gelogen, maar
eigenlijk zou ik hem het liefst de waarheid vertellen". "Dat zou ik nu
even niet doen, die jongen heeft heel wat meegemaakt en ligt nu niet
voor niets hier, wacht U daarmee tot hij sterk genoeg is om dat nieuws
aan te kunnen, hij moet eerst wat aansterken voor u met zoiets komt".
"Oké, dokter dan zal ik wachten met het hem te vertellen, maar eens
moet hij het toch weten". "Daar heeft U helemaal gelijk in, maar nu
vind ik dat nog te vroeg, wacht u nog een paar dagen, dan heeft hij wat
meer weerstand opgebouwd".
Na het bezoekuur, waar de opa's en oma's en zijn oom Ad en tante Silvia
ook nog even geweest zijn, moesten ze allemaal toch naar huis, Tristan
was ook ontzettend moe en kon zijn rust goed gebruiken. "Dan ga ik maar
naar huis knul en zie ik je morgen weer, rijd je met mij mee naar huis
Bianca"? "Nee, dank je Marco maar ik ben op de fiets". "Maar die kan
wel achter in de auto als het moet". "Nee, hoor laat maar, ik fiets
liever". Tristan lag te lachen om dit tafereel en toen had ik het pas
door, "sukkel die ik ben, natuurlijk wil je niet meerijden, nou ik ga,
tot morgen jongen", met een lach en een kus ging Marco weg, maar hij
reed niet meteen naar huis eerst ging hij naar zijn ouders om te vragen
hoe het was afgelopen met de advocaat. Zijn vader vertelde hem dat ze
een advocaat gevonden hadden en dat ze met hem afgesproken hadden dat
hij door Marco gestuurd was, een klein leugentje om best wil had hij
nog lachend gezegd. "Heb jij er ook nog aan gedacht Marco om het werk
te bellen want ik denk niet dat ze weten dat Carlo nu vast zit, denk
jij wel"? "Nee, da's waar dat zal ik morgen vroeg meteen doen, dan
vertel ik het wel tegen de directeur en vraag hem om het absoluut stil
te houden, want als dit bekend wordt dan kan Carlo het wel schudden op
het werk".
De volgende morgen werd Carlo alweer vroeg gewekt, "er is bezoek voor
je", zei de agent. "Oh, ik dacht dat ik geen bezoek mocht ontvangen"?
"Deze wel, die mogen we niet weigeren", was het norse korte commentaar.
In een kleine kamer zat een man te wachten die Carlo niet kende en dus
ging hij ervan uit dat dit de advocaat was die door Marco gestuurd was.
Carlo liep op hem af en stak zijn hand uit, "Carlo van Santen". "Harm
van Velsen, Uw man heeft mij gevraagd om U te verdedigen". "Gelukkig
hij is me niet vergeten". "Nee, dat is hij inderdaad, maar nu gaat U
mij nog eens het hele verhaal vertellen, daarna ga ik de stukken van de
politie opvragen en kan ik aan het werk". Voor de zoveelste keer doe ik
mijn verhaal, weer met de tranen in mijn ogen en weer met de schaamte
van onze daad, dit went nooit, ook deze man laat me helemaal mijn
verhaal doen en maakt ondertussen wat aantekeningen. Nadat ik klaar ben
blijft hij lang stil en kijkt me indringend aan, "wat denkt U maak ik
een kans"? "Dat ligt eraan wat ze op Uw kleding vinden en hoe eerlijk U
tegen mij bent geweest, ik heb al met de rechercheurs gesproken, maar
als ze niets vinden zie ik niet waarom ze U nog langer vast zullen
houden, dan moeten ze toch met heel goede redenen komen om de rechter
te overtuigen".
"Mag ik vragen wat u denkt, of ik schuldig ben of niet"? "Wat ik denk is
niet van belang, ik laat de feiten spreken, kijk dan naar eerdere zaken
die gelijkwaardig zijn aan deze en daar baseer ik mijn verdediging op".
"Maar voor mij is het wel van belang wat U denkt, meneer van Velsen
want ik heb het niet gedaan, echt niet, ik zou Bart nooit iets aan
kunnen doen". "Daar spreekt U zichzelf toch behoorlijk tegen moet ik
zeggen, maar voor alle duidelijkheid, zoals ik U hier zie zitten denk
ik niet dat U voor zoiets in staat bent nee, ik ga om de stukken vragen
en ga aan de slag voor U, ik geef U nog een paar tips mee, werk gewoon
mee aan het onderzoek, als het goed is worden alle gesprekken opgenomen
dus krijg ik daar een transcriptie van, kijk goed uit wat U zegt, laat
U geen woorden in je mond leggen en spreek altijd de waarheid, want dat
is gemakkelijker om te onthouden dan leugens, dan ga ik nu en spreek ik
je snel weer". Na een klop op de deur wordt er open gedaan en laat de
advocaat Carlo alleen achter, niet lang nadat hij weg is wordt Carlo
weer opgehaald en naar zijn cel gebracht, daar staat zijn ontbijt al
voor hem klaar, nu heeft hij behoorlijk veel honger en eet alles op,
zijn koffie drinkt hij met een vies gezicht op want die was inmiddels
steen koud geworden.
Hoofdstuk 4. Na een paar dagen komt de advocaat terug om verslag te doen
van zijn onderzoek, Carlo verteld dat hij regelmatig uit zijn cel
gehaald wordt voor verhoor, hij moet keer op keer zijn verhaal doen,
maar de agenten vertellen hem niets over hoe hun onderzoek verloopt.
"Dat is hun tactiek Carlo, zo kijken ze of jij je verhaal telkens
hetzelfde verteld en of ze ergens jou kunnen betrappen op leugens, dat
gaat altijd zo, jij bent de hoofdverdachte en daar baseren zij hun
onderzoek op, ik noem dat tunnelvisie, want naar andere dingen kijken
ze niet, maar ik heb ook het een en ander ontdekt". "Daar ben ik dan
heel benieuwd naar". "Op jou kleding zijn totaal geen sporen gevonden,
niet van bloed of ander DNA materiaal wat van Bart afkomstig zou kunnen
zijn, dat moet volgens mij jou vrijpleiten, dat jij tijdens de dood van
Bart daar geweest bent". "Dat is mooi, want ik weet echt niet hoe hij
om het leven is gekomen". "Ik denk dat ik het wel weet, het is heel
bizar Carlo, maar ik denk dat hij zelfmoord heeft gepleegd, maar wel op
een manier zoals de politie nog nooit gezien heeft, zijn halsslagader
was doorgesneden, vandaar die grote plas bloed, maar nu komt het
vreemde aan deze zaak en waarom jij in beeld kwam als hun nummer een
verdachte". Carlo zat in tussen met open mond naar zijn advocaat te
luisteren, zelfmoord, was Bart tot zoiets in staat, hij kon het
nauwelijks geloven. "Als iemand zelfmoord pleegt schrijft hij meestal
een afscheidsbrief, die is bij Bart niet gevonden en omdat jij de
laatste persoon was die hem levend heeft gezien, gaat de politie ervan
uit dat jij het gedaan hebt, maar ze kunnen geen vinger afdrukken
vinden in Bart's huis die van jou afkomstig zijn, ook op jou kleding is
niets gevonden, dus hun onderzoek baseert zich op de dingen die jij
verteld hebt en van de getuigen, daar proberen ze hun zaak me rond te
krijgen, wat ook meespeelt, is het feit dat jij geprobeerd hebt om hem
zowat dagelijks te bellen, volgens de politie probeer jij zo een alibi
voor jezelf te verschaffen". "Maar als er helemaal geen bewijs is dat
ik het gedaan zou hebben waarom houden ze me dan vast en dat bellen
klopt wel, maar ik wilde hem alleen maar spreken, dat had ik met Bart
zo afgesproken". "Dat is iets wat niet meer te controleren valt, omdat
Bart niet meer leeft dus is het alleen jou woord en dat moeten ze maar
geloven". "Ze mogen je een bepaalde tijd vast houden, dan moeten ze aan
de rechter vragen om dat te verlengen, ze zullen proberen om je zolang
mogelijk hier te houden zodat ze hun onderzoek rond kunnen krijgen en
je officieel in staat van beschuldiging kunnen brengen en je dan in
voorarrest kunnen houden en je naar een huis van bewaring over te
brengen". Carlo zit lamgeslagen tegenover zijn advocaat, hij kan niets
meer uitbrengen, er is dus wel iemand die hem erbij wil lappen die hem
voor moord op wil laten draaien, die persoon moet dus een grondige
hekel aan hem hebben en hij kent maar een persoon die daar nu voor in
staat kan zijn Bart's moeder.
Met Tristan gaat het nu al wat beter, Marco en Bianca gaan dagelijks
naar het ziekenhuis, Bianca heeft een dag haar school gemist, dat was
de dag dat Tristan bijkwam uit zijn verdoving, maar nu moet ze toch
haar lessen blijven volgen en komt s'avonds na het eten bij haar
vriendje op bezoek, Marco zit zowat de hele dag aan het bed van zijn
zoon. "Pap, hoe gaat het met Carlo, is hij al beter", vraagt hij ineens
aan zijn vader. "Ja, gelukkig wel jongen, hij hoest al een stuk minder,
maar ik denk dat het nog wel even duurt voor hij bij je kan komen, want
hij is nogal besmettelijk en ik zou niet graag willen dat jij dat ook
krijgt zie je". "Wat heeft hij dan precies"? "Een zware verkoudheid
maar met een paar weken zal het wel over zijn denk ik". "Een paar
weken, zolang duurt een verkoudheid niet pap, waarom krijg ik het
gevoel dat je weer zit te liegen tegen me, houdt het dan nooit op, zeg
nu eens wat er echt is pap"? Marco laat en diepe zucht en kijkt Tristan
bedroefd aan, "je hebt gelijk, maar ik had met de dokter afgesproken
dat ik zou wachten tot hij vond dat je het aan kon om te horen wat er
precies aan de hand is, vandaar dat ik tegen je loog". "Is er iets met
Carlo aan de hand, Pap vertel het me, ik wil het nu weten". "Oké,
jongen, er is veel gebeurt", Marco pakt Tristan's hand vast en verteld
verder, "luister goed naar me, dit kan ik niet voorzichtig brengen,
maar ze hebben Bart gevonden in zijn eigen huis, hij is dood". Tristan
knijpt ineens heel hard zijn vaders hand, "maar hoe dan en wat heeft
dat met Carlo te maken"? "Hoe het is gebeurd weet ik niet knul, dat wil
de politie niet kwijt, maar omdat Carlo de laatste is geweest die hem
levend heeft gezien wordt hij ervan verdacht daar iets mee te maken te
hebben". "Dat kan niet pap, dat zou Carlo echt nooit doen, toch zeker
niet met Bart, dat moet de politie weten, dat hebben jullie toch zeker
wel verteld"? "Er is al een advocaat bezig voor Carlo, ik zal vandaag
eens met hem bellen en vragen hoe het nu zit met het onderzoek en wat
hij voor Carlo al heeft gedaan, dan vertel ik je dat vanavond wel, maar
nu moet je me beloven dat jij je rustig houdt jongen, dat is beter voor
je, wij kunnen hier nu niets aan doen en alleen maar afwachten hoe het
verder verloopt". "Maar ik weet zeker dat Carlo onschuldig is". "Dat
weet jij, dat weet ik en dat weet zijn advocaat ook, maar de politie
wil daar nog niet aan, anders was hij al vrij geweest, dus is het
afwachten wat het onderzoek hun nog brengt, meer kunnen we niet doen
jongen, maak je geen zorgen ik weet zeker dat het goed komt, want hij
is onschuldig".
De dagen rijgen zich aan elkaar, met Tristan gaat het steeds beter, hij
is nog wel heel erg stijf, maar mag met krukken toch al wel zijn bed
verlaten en korte wandelingen maken door het ziekenhuis, maar als hij
wat verder weg wil, bijvoorbeeld naar beneden naar het restaurant dan
moet hij in een rolstoel en dat vind hij verschrikkelijk, de mensen
kijken hem dan met medelijden aan en daar zit de knul nu echt niet op
te wachten.
Bij Carlo gaat het minder de dagen duren een eeuwigheid voor hem, hij
heeft geen tv of radio in zijn cel, alleen heeft hij na een week een
paar magazines gekregen, maar een krant of zo krijgt hij niet, hij
heeft het gevoel dat het leven aan hem voorbij gaat, zonder dat hij
daar zelf vat op heeft, alles wordt voor hem bepaald zelfs wanneer hij
naar de wc moet, want ook daarvoor moet hij toestemming vragen en
blijft de agent die hem komt halen er nog bij staan ook, daar heeft hij
nog het meeste moeite mee, totaal geen privacy, hij vindt het ook heel
vernederend om zo zijn behoefte te moeten doen. Maar ook dat hij op de
meest onmogelijke tijden uit zijn cel wordt gehaald voor verhoor, soms
is hij zo moe dat de agenten wel twee keer de vraag moeten stellen voor
hij het begrijpt en antwoord geeft. Dan is het zover, de politie moet
naar de rechtbank om verlenging aan te vragen van Carlo's arrest, want
zijn tijd zit erop, Carlo en zijn advocaat hebben goede hoop dat die er
niet komt, ze hebben totaal geen bewijs gevonden wat tegen hem pleit,
als Carlo zijn advocaat te spreken krijgt slaat de schrik al om zijn
hart als hij hem in het kamertje ziet zitten, Harm kijkt nogal somber
uit zijn ogen. "Sorry, Carlo maar het is me niet gelukt om je vrij te
krijgen, ze krijgen nog twee weken de tijd om de zaak rond te krijgen
tegen je, alle argumenten die ik aanvoerde zijn door de rechter van
tafel geveegd en ze mogen je dus nog maximaal twee weken vast houden,
dat is dan wel weer het goede nieuws, maar mochten ze in die twee weken
toch nog bewijs vinden tegen je dan ga je meteen naar het huis van
bewaring in voorarrest in afwachting van je proces, ik heb mijn best
gedaan jongen, meer kon ik er niet uithalen voor je". "Het is goed
Harm, ik zie het met vertrouwen tegemoet jongen, ik weet dat ik
onschuldig ben en daar houd ik me aan vast, het enige waar ik moeite
mee heb is dat ze me willen breken en een bekentenis af willen dwingen,
door me op de meest onmogelijke tijden uit mijn cel te halen en me te
verhoren, ik heb nu misschien al wel honderd keer hetzelfde verteld, en
wat mij het meeste pijn doet is dat ik Marco niet mag zien, en dat ik
niet naar de begrafenis van Bart mocht gaan zelfs niet onder
begeleiding, ze stonden het niet toe". "Ik weet het Carlo, dat doen ze
bijna nooit, met verdachten van een moordzaak". "Er was zelfs een agent
bij die me even onder mijn neus drukte, waar ik het lef vandaan haalde
om naar de begrafenis te willen van iemand die ik omgebracht had, dan
moest ik toch wel erg ziek zijn in mijn hoofd".
"WAT ZEG JE DAAR, waarom heb je me dat niet eerder gezegd man, zoiets
kunnen ze niet maken, dat ze er soms praktijken op na houden die niet
helemaal door de beugel kunnen weten we, maar dit slaat alle normen van
het fatsoen, dit mag niet eens, weet jij nog wie het was, ik ga meteen
een officiële klacht indienen tegen die eikel". "Wat denk je, dat kan
er maar een zijn die Frans de Bruin die heeft me constant op de hak
genomen, hij komt ook regelmatig in mijn cel, en zegt me dan dat ik
maar beter snel kan bekennen zodat ik mijn familie en gezin weer vlug
mag zien". "Dat lijkt verdomme wel op de Zaanse verhoormethode dat is
absoluut verboden, die mogen ze niet meer toepassen, ik ga meteen naar
de hoogste baas hier, zijn ze nu helemaal bedonderd, dit kan echt
niet". "Ik kom straks bij je terug, had ik dit maar eerder geweten
jongen dan had ik het bij de rechter naar voren gebracht en had ik je
misschien vandaag wel vrij gekregen, maar dat is speculeren op niets,
daar heb je niets aan, ik ga even een babbeltje maken tot zo".
Na ruim twee uur was Harm terug met de mededeling dat rechercheur de
Bruin op gesprek geweest is, een schorsing zat er niet in, maar wel dat
hij nooit meer met Carlo in contact mocht komen omdat hij, nadat hij
door zijn collega de Wit was weggestuurd, officieel van de zaak was
gehaald en hij dus helemaal niets meer mocht ondernemen aangaande deze
zaak. Iedere dag is voor Carlo hetzelfde, er was wel een ding veranderd
Carlo's advocaat had nu wel voor elkaar gekregen dat hij Marco mocht
zien, weliswaar onder begeleiding maar hij mocht nu bezoek ontvangen,
zo hoorde hij van de vorderingen die Tristan maakte in het ziekenhuis.
Met Tristan ging het steeds beter, ondanks dat hij zich grote zorgen
maakt om Carlo gaat hij met sprongen vooruit, iedere dag gaat hij naar
fysiotherapie en kan steeds beter bewegen, als hij zo door gaat zei
zijn therapeut mag hij aan het eind van de week naar huis, om daar
verder te herstellen. Het blijft goed gaan met de jongen en zoals
belooft mag hij op vrijdag morgen naar huis, Marco is al vroeg in het
ziekenhuis, en pakt de spullen van Tristan in een grote sporttas en
wachten ze nog op de dokter, als die geweest is en het nodige advies
heeft gegeven gaan ze naar de auto, bij de buitendeur blijft Tristan
staan wachten op zijn vader, want die moest de auto nog even gaan halen
die wel heel erg ver weg stond geparkeerd. Bianca kon er niet bij zijn
die moest gewoon naar school, maar zou er die avond wel zijn want op
zich was dit wel een goede vooruitgang, ondanks dat Carlo er niet bij
kon zijn. Eenmaal thuis zitten vader een zoon met gemengde gevoelens
naast elkaar op de bank, "hier had Carlo bij moeten zijn papa dan was
het pas compleet geweest, nu voel ik me aan de ene kant blij dat ik
weer thuis ben, maar aan de andere kant voel ik een leeg gevoel in mijn
hart, ik hem zo vreselijk veel". "Ik ook jongen, maar geloof me er komt
een dag dat wij weer samen zijn en als dat gebeurt dan gaan we dat
uitgebreid vieren samen met Bianca want die hoort er nu ook bij". Marco
slaat zijn arm om Tristan heen en geeft hem een stevige knuffel, hij
verteld nog niet dat het hun bedoeling al was dat Carlo al thuis had
moeten zijn, dat komt nog wel, laat het maar een verrassing zijn voor
de knul.
In het onderzoek zit maar weinig schot, de advocaat kan Carlo maar
weinig nieuws brengen, met dit verschil dat als er volgende week geen
nieuwe feiten aangedragen worden, Carlo dan toch vrij gelaten moet
worden wegens gebrek aan bewijs, maar dat hij dan wel verdachte blijft,
tot het tegendeel bewezen is. Carlo zit weer eens moedeloos voor zich
uit te kijken, alle dagen lijken op elkaar, hij heeft niets te doen in
zijn cel, de muren komen zowat op hem, af en toe lijkt het of hij gek
wordt hier, wat als ik toch beken, dan moet ik wel naar de gevangenis,
maar dan krijg ik tenminste op geregelde tijden bezoek en al zijn het
dan criminelen ik heb dan wel mensen om me heen. Maar meteen ook
spreekt hij zichzelf bijna bestraffend toe, kom op lul zo moet je niet
denken, het komt allemaal goed, dan gaat ineens zijn deur open en staat
zijn advocaat voor zijn neus, het gezicht van Harm spreekt
boekdelen....... Groetjes J.
Dit is deel 9 van totaal 9 delen. | ||
vorig deel | toon alle delen |
Auteurs waarderen reacties! Vergeet niet te stemmen, en schrijf de auteurs om te vertellen wat je al dan niet leuk vond aan het verhaal! |
|
klimbeer-jack heeft 8 verhalen op deze site. Profiel voor klimbeer-jack, incl. alle verhalen Email: |
Sex dating | Hete Livecams (NL) | Erotic Gay Stories |