Klik hier voor het ErotischeVerhalen.com hoofd menu

hoofd menu   |   bisexual categorieën   |   auteurs   |   top verhalen   |   nieuwe verhalen   |   zoek   |   links   |   instellingen   |   opties voor auteurs
Lekkere meiden zitten achter de webcam op je te wachten! Klik hier!


Awakenings, deel 12 (mm:romantisch, 5315 words) [12/17] Toon alle delen
Auteur: Toegevoegd: Aug 23 2008 Kijkers/Lezers: 4635/3746 [81%] Waardering (deel): 9.00 (2 stemmen)
Daniel gaat naar school, en ziet wel op tegen de ontmoeting met z'n vrienden. Een onverwacht treffen maakt heel wat los bij iedereen......



Klik hier voor de eerste 75 regels van het verhaal


David knikte langzaam. 

Hij deed z'n mond open.... en weer dicht.... 

Aarzeling. 

‘Ik...eh.. ik loop al...... bedoel, ik loop maar eens verder, gaaf
stukje man!' 

Ik had David wel door, maar HIJ moest de eerste stap zetten, vind ik.
Toen hij een paar meter verder was riep ik hem na. 

‘Hey, David!' Hij keek om en hield z'n pas in. ‘Ja??' ‘Als je eens wilt
praten, dan kan dat altijd, be my guest!' 

Een stuurse blik. Hij haalde z'n schouders op. 

‘Waarover dan?' 

‘Zo maar, jongen; over het weer, over de Pabblo Piacasso expositie die
nu in Avignon loopt, of over de leukste homo film aller tijden.....' 

‘Huh??' 

‘The Sound of Music, sukkel!' Ik begon zacht te zingen: 

"You are sixteen, going on seventeen...' 

David begon te lachen. 

‘Die verdomde Nazi', riep hij. ‘De Barones!' ‘Maria!' ‘Uncle Max!' 

We lachten beiden. 

‘Je bent meer dan welkom, Daaf, Aimée heeft m'n nummer natuurlijk; bel
me eens op....' 

‘Oké, bedankt.' 

Lachend liep de jongen richting schoolplein. 

Mijn vriend Peter was inmiddels ook aangekomen met z'n fiets. Hij gooide
z'n fiets min of meer in de standaard en vervolgens kreeg ik middels 
een ferme klap op m'n schouders een hartelijke begroeting. 

‘Zo, ouwe rukker! 

‘Hey zeg! Dat laatste is waar, dat eerste niet!' 

‘Ja ja!' En toen serieus: ‘Zenuwachtig'? Hij keek me nieuwsgierig aan. 

‘mm, gaat wel.. ik zie wel, Peet, ik laat het maar gewoon over me heen
komen....' 

Al kletsend liepen we samen richting schoolplein. 

‘Niet opzij kijken', siste ik, ‘maar even verder op zie ik Wies
Assendael lopen... Als we nu een flauw bochtje naar rechts nemen 
ontlopen we Miss Plissé...' 

Wies was een typisch product uit een welgesteld hoog burgerlijk milieu.
Het was een enigszins hooghartig trutje die zich graag nogal eens op 
haar afkomst liet voorstaan, alsof dát er nu toe doet! Meestal liep ze 
in kleren die net iets over the top zijn, nét te sjiek eigenlijk, en 
bij voorkeur droeg ze van die nuffige plissé gevalletjes die volgens 
mij bij iedere rechtschapen jongeling a priori iedere premature 
gedachte aan seks met haar resoluut de kop indrukte.... Wies had dan 
ook alleen vriendinnen. Zoals nu. Ze hadden ons helaas gespot en liepen 
op ons af. 

Zucht.... 

‘Hallooo' jodelde het schaap, daarbij een perfecte imitatie neerzettend
van Olga Lowina in vergaande staat van overmatig alcoholmisbruik. Ik 
groette haar, en knikte de twee geiten die haar flankeerden minzaam 
toe. 

‘Zeg, Daniel, ik heb je stukje gelezen' sprak ze lijzig. Ik knikte maar.
‘Eh.... Hoe eh is het nu om homo te zijn'? Het onnozele wicht bedoelde 
hier nog niets eens wat hatelijks mee, noch probeerde ze cynisch te 
zijn. 

‘Heerlijk, Wies!! Absoluut heeeeerlijk! Ik kan het absoluut iedereen
aanbevelen, echt waar! Probeer het maar eens uit....' Ze had niet echt 
in de gaten dat ik haar voor de gek hield, al zag ik wel een weifelende 
blik in haar ogen; de twee grieten naast haar giechelden alleen maar. 

Ze vroeg verder. ‘Maar zeg, hoe ben je eigenlijk homo geworden, Daaan?'.
Dit op een toon van iemand die iemand anders vraagt waarom hij rechten 
is gaan studeren. 

‘Nou, dát is nog eens een interessant verhaal!' 

De meiden bogen licht voorover om toch vooral niets van mijn verhaal te
moeten missen. Peter bestierf het, maar na een trap van mij tegen zijn 
enkels hield hij zich stil. 

‘Weet je Wies, ik heb er de afgelopen jaren best wel een potje van
gemaakt, dat mag je best weten! Ik zal niet in details treden, want 
uiteindelijk bevinden we ons wel op een Grrrristelijke school, 
nietwaar! Maar goed, ik wist in die ruige periode ook wel dat ik 
vroeger of later het gelag zou moeten gaan betalen, en ja hoor! Op een 
nacht was het zover'. 

Ik laste een dramatische stilte in. 

‘Op een nacht - ik was net in slaap gevallen - werd ik plotseling wakker
van een werkelijk ontzettend geraas, vlak naast me. Ik verschrok me 
wezenloos! En wie denk je dat er aan het voeteneind van m'n twijfelaar 
stond?? Juist ja! Het Opperwezen himself!' 

‘Het Opperwezen??' 

‘Ja, het Opperwezen! Weet je wel: De Here God, de Almachtige, de God der
Wrake. En dat laatste klopt helemaal, want hij was láaiend!! Overigens 
(wel aardig om te vertellen) ziet God er TOTAAL anders uit dan de 
meeste mensen denken! Om te beginnen heeft hij geen baard - nou ja, zo 
goed als dan - , en hij ziet er ook beslist veel jeugdiger uit dan 
algemeen wordt aangenomen, Ja, hoe zal ik het zeggen... Hij ziet er min 
of meer uit als Marlon Brando tijdens een van die beruchte scènes uit 
‘Last Tango in Paris'. Maar goed, dit terzijde.. 

God was dus kwaad, en dat zei Hij ook. Ik was natuurlijk bang van al die
herrie, en mijn ouders zijn lichte slapers, dus ik verwachtte 
problemen. Dat zei ik God dan ook. ‘ZWIJG!!!' bulderde hij. Ik zweeg en 
luisterde deemoedig. 

De Almachtige fileerde de volgende minuten mijn handel en wandel van de
afgelopen tijd, en dat was geen pretje... Hij eindigde zijn oratio met 
de mededeling dat ik de aller zwaarste straf verdiend had. 

Ik was totaal verbijsterd en ontdaan. Ik begon te snikken, en smeekte de
Goedheiligman mij niet te treffen in Zijn Toorn. Ik smeekte de vellen 
eraf! Ik beloofde op alle fronten beterschap: ik zou mijn zusje niet 
meer plagen, iedere avond als laatste de hond uitlaten, ouden van dagen 
te allen tijde helpen met oversteken, en (voor mij de moeilijkste 
belofte) de Candy's, die ik onder mijn matras verstopt heb aan de 
bibliotheek van het Leger des Heils afstaan.... 

De Here streek peinzend over Zijn baard van drie dagen en sprak toen: 

‘Ik ben goedertierend, derhalve zal ik je een lagere straf toebedelen!
Voortaan zul je als homoseksueel door het leven moeten gaan. Aan Mij is 
de Wrake!!' 

En voordat Hij op Zijn bezemsteel door het open raam naar buiten wilde
vliegen waagde ik het nog te vragen wat de hoogste straf gewest zou 
zijn. Terwijl God zwierig door het open venster naar buiten gleed sprak 
hij: ‘Ik zou je verder door het leven hebben laten gaan als Wies 
Assendael'. En na deze woorden nam hij de eerste afslag, richting de 
kleine Magelhaense Wolk.' 

Zelfs Wies had nu wel in de gaten dat ze voor de gek gehouden werd.
Peter kon z'n lachen natuurlijk allang niet meer inhouden, en voordat 
Wies' kwaadheid pas echt losbarste trok ik Peter mee, en liepen we 
gierend van het lachen snel naar het midden van het schoolplein. 

Hoofdstuk 38 

Het begon druk te worden, maar ondanks dat vonden we onze vrienden
meteen. Aimée stond er, Djingo, Annika, Richard, Jacob (een andere  
klasgenoot van ons) en Sven...... 

Sven!!! 

Ik voelde een steek door mijn hart gaan toen ik naar hem keek, en hoopte
eens te meer dat we ooit datgene wat tussen ons stond zouden kunnen 
uitpraten.... 

Ik begroette iedereen. Sven keek me uitdrukkingsloos aan en knikte
flauwtjes. 

‘Nou Daantje, ben je er klaar voor?' Aimée aan het woord. 

‘Och, hoe klaar kun je zijn, schat?' zuchtte ik. 

‘Ja, dat zal jij niet weten!' grapte Richard, maar als je wat bijlessen
nodig heb....' 

‘Jij vunzige mastur beer! Je zou eens wat beter naar de Dominee moeten
luisteren, je weet wel: 's nachts de ramen open houden en handjes boven 
de dekens!' Iedereen lachte. 

‘Maar ja, ik laat het maar gewoon op me afkomen, ik zie wel. Ik ga me in
ieder geval NIET verdedigen, hoor, want er valt uiteraard niets te 
verdedigen. Ik ben die ik ben, en dat zullen de mensen om me heen maar 
te accepteren hebben....' 

‘Prima gezegd, Daniel!' zei Aimée goedkeurend, ‘maar over dominee
gesproken: heb je nooit last van je geaardheid, als je denkt aan je 
Christelijke achtergrond en zo?' 

‘Nee! En dat heb ik ook wel proberen te verwoorden in mijn artikel. Ik
gelóof, maar laat mijn dagelijkse doen en laten bepaald niet door de 
Bijbel regeren!' 

‘By een manspersoon en sult ghy niet liggen met vrouwelicke byligginge:
dat is ene grouwel!' galmde Annika plechtig. 

‘Aha, je kent hem ook, inmiddels?' 

‘Natuurlijk, maar ik vind het een lachertje!' 

‘Inderdaad, dat is het vanzelfsprekend ook, maar goed, laten we de
theologie voor wat het is. Ik vind het belangrijker dat jullie, mijn 
liefste en dierbaarste vrienden achter me staan. En daarom spijt het 
me, dat ik jullie niet in vertrouwen genomen heb' -  ik keek met één 
oog naar Sven - ‘want jullie verdienen het zonder meer! Maar ik durfde 
niet goed, enne......' Mijn stem brak, en ik kreeg het weer te kwaad. 

Annika legde troostend haar arm om me heen en gaf me een lieve zoen op
m'n wang. 

‘Dank je wel, zei ik zacht. 

Jacob roerde zich. 

‘Ik heb ontzettend veel bewondering voor je Daniel, dat mag je best
weten, je... ja, hoe zal ik het zeggen... je bent waarlijk een idool 
voor me, echt waar!' 

Die Jacob! Jacob is een stille, ietwat teruggetrokken jongen die al
vanaf het begin van onze middelbare school loopbaan "het Studje" werd 
genoemd. Jacob scheen zich alleen maar te interesseren voor zijn 
studie. Een steevast ritueel - na ieder proefwerk - was een gesteun en 
gekreun van zijn kant, dat dan eindigde met de mededeling dat hij het 
waarschijnlijk volledig verknald had, om dan enkele dagen later zich 
oprecht te verbazen dat hij voor diezelfde overhoring toch maar weer 
een 9 of een 10 gescoord had.... Met zijn schoenmaat 49 best een leuke 
jongen om te zien (vond ik tenminste), maar hij stond eigenlijk zo'n 
beetje buiten alles. Tot nu dan. 

‘Jij durft hier en nu jezelf te zijn, en daar heb ik het grootste
respect voor... enne, voor wat het waard is: ik zal je - waar nodig - 
van harte ondersteunen!' 

‘Dank je, Jacob, heel aardig van je'. Ik keek hem waarderend aan, zo ook
de rest van de groep. 

‘Wij zullen er altijd voor jou zijn, lieve schat', sprak Djingo op zijn
eigen zo vertrouwde temerige manier, ‘maar één ding houdt me toch wel 
bezig, de laatste tijd....' 

‘En dat is?" 

‘Ik vraag me dus meer dan eens af, hoe het is om van achteren genomen te
worden..' 

Doodse stilte. 

‘Zoiets vráág je toch niet, hufter', maande Richard, ‘kun jij dan nóoit
eens serieus zijn??'. 

Quasi verontwaardigde blik van Djingo. 

‘Maar ik BEN serieus, altijd al geweest trouwens. Het punt is dat jullie
mijn karakter verkeerd beoordelen, en de werkelijke Djingo niet onder 
ogen kunnen of willen zien!' Hij maakte een potsierlijke pirouette en 
kwam vlak voor me tot stilstand. 

‘En meester?' 

Ik lachte. 

‘Ik ben bang dat ik je niet wijzer kan maken, honnepon, dus als jij
bereid bent om mij deze begerenswaardige additionele technieken te 
onderwijzen hou ik me zeer aanbevolen!' 

Vrolijkheid alom. 

Sven was korzelig de groep uitgelopen en richting hoofdingang verdwenen.


Jammer!! 

Misschien stoorde hij zich wel aan onze grappen en grollen, maar ik was
maar wát blij dat er tussendoor eens relativerend gelachen kon worden; 
het verlichtte de spanning. 

Ik vertelde nog wat over mijn gevoelsleven, 

(het gevoelsleven van Daniel Artikel, of van Daniel Mij?) 

en beantwoordde nog wat vragen, toen plotseling ons gesprek onderbroken
werd door Sven. Sven kwam aangerend, hijgend als een postpaard, en riep 
ademloos: ‘Meekomen, gauw! Karel is weer bezig daarachter, en volgens 
mij is het hommeles!!!' 

We renden allemaal achter Sven aan, richting ingang jongens WC. 

Hoofdstuk 39 

Karel is zo'n jongen, zoals je er op iedere school wel een paar hebt.
Karel is een vrij lange jongen, breed van postuur en overal redelijk 
bedekt met haar (zoals ik meer dan eens had kunnen zien tijdens het 
douchen na het sporten). Hij was uiterst dominant en zocht vaker 
conflicten op of was er de oorzaak van. Haast onnodig te zeggen dat hij 
bij voorkeur de zwakkeren uitzocht om te treiteren of anderszins hun 
leven te verzuren. Meestal was Karel vergezeld van twee vervelende 
meelopertjes, Joop en Roy, die zelf niets betekenden, maar hun 
bestaansrecht louter en alleen ontleenden aan het feit dat ze in Karels 
gezelschap verkeerden. Karel was eigenlijk een lafbek, maar wel een 
uiterst vervelende en dominante lafbek. Het erge was dat Karel nog 
nooit door de directie voor zijn wandaden ter verantwoording was 
geroepen, tenminste niet dat wij wisten. Ik had het donkerbruin 
vermoeden dat Karel de hand boven het hoofd gehouden werd, simpel omdat 
de vader van Karel voortdurend tal van activiteiten binnen en buiten 
school met veel geld sponsorde.... Bewijzen konden we natuurlijk niets, 
maar dat Kareltje hier op school blijkbaar een bijzondere status genoot 
was voor ons zonneklaar. 

En nu was die etter alweer het middelpunt van een uit de hand gelopen
ruzie. 

Hun slachtoffer van vanmorgen was Pieter. 

Pieter werd gejudast door Karel en zijn trawanten, vlak bij de ingang
van de jongens wc, en - merkwaardig genoeg - stond vlak bij de deur 
David (waar ik even daarvoor nog mee gesproken had) angstig toe te 
kijken. Hij zag er naar uit dat hij het liefste hard weg had willen 
rennen, maar hij durfde natuurlijk niet. 

Rondom stonden al de nodige leerlingen toe te kijken; uiteraard was er
niemand die een poot uitstak om aan deze vervelende situatie een einde 
te maken.... 

Pieter werd hardhandig door Karel bij zijn schouders vastgepakt en op
het moment dat ons groepje er  bij kwam staan middels een hardhandige 
zwaai naar Joop toe geslingerd. Pieter verloor bijna zijn evenwicht en 
dreigde op de grond te vallen. 

‘Moeite om je evenwicht te bewaren?', vroeg Joop pesterig, ‘hee, sukkel,
geef eens antwoord, flikkervriendje'! De drie jongens lachten 
smakelijk. ‘Toe jongens', zei Pieter met bevende stem, ‘alsjeblieft, 
laat me met rust'. Hij keek angstig uit z'n ogen. ‘Daar zul je om 
moeten smeken', mengde Roy zich in het gesprek, ‘vooruit, smerige poot, 
op je knieën!'. Pieter verroerde zich nauwelijks, de tranen liepen over 
zijn wangen. 

En toen, heel onverhoeds pakte Jopie Pieter bij z'n middel en gaf hem
heel gemeen een knietje. Krimpend van de pijn zeeg Pieter op de grond. 

De eerste reactie kwam van David die vanaf de deur ‘Pieter' schreeuwde
en aarzelend dichterbij kwam. 

Godverdomme!! Dit had toch werkelijk al te lang geduurd!!! Wat bezielt
iedereen?? Wat bezielt mij??? 

Ik wilde naar voren snellen om aan deze belachelijke situatie snel een
einde te maken, maar iemand was mij voor. 

Sven rende vloekend naar voren, doorbrak de kring van omstanders en
pakte Joop niet bepaald zachtzinnig bij z'n middel. Vervolgens smeet 
hij de jongen hardhandig tegen de muur van de school. Joop z'n hoofd 
sloeg ten gevolge van de  klap tegen de muur, god zij dank niet al te 
hard, maar voorlopig was dat voldoende: Joop zakte ineen op de grond en 
zat verdwaasd om zich heen te kijken. 

Joop was even uitgeteld. 

‘Waar zijn jullie mee  bezig?' brulde Sven, ‘waar ben JIJ mee bezig?',
dit tegen Karel, ‘contactgestoorde randdebiel!! Kun je wel: met drieën 
tegen één! Jezus, wat ben jij toch een enorme lafbek. Bah, ik kots van 
jou, en van jouw soort'. Sven spuugde minachtend op de grond. 

Karel was beduusd door het plotselinge optreden van Sven, maar niet voor
lang.... Terwijl Sven zijn hoofd draaide en op de grond spuugde haalde 
Karel uit om z'n tegenstander een flinke mep te verkopen, maar Sven die 
op z'n qui vive was maakte een snelle beweging zijwaarts en haalde op 
zijn beurt uit. 

De klap van Sven kwam keihard aan. 

Sven liet zijn stem een octaaf dalen. ‘Als je dat nog één keer probeert,
stuk stront, dan trap ik je het ziekenhuis in, en dat méén ik! Daar heb 
ik graag enkele weken schorsing voor over, als je dat maar weet'! 

Hijgend stonden de twee kemphanen tegenover elkaar, elkaar beloerend en
inschattend wat de kansen waren. Geen van beiden had meer oog voor de 
omgeving en wat er om hen heen gebeurde. Roy had deze situatie goed 
ingeschat en maakte daar misbruik van, althans dat wilde hij, maar 
gelukkig was er iemand onder ons die de situatie ook heel goed had 
ingeschat.... 

Tot ieders verbazing stormde Jacob naar voren, haalde uit en gaf Roy een
keiharde trap tegen zijn maag. Een zucht ging door het ‘publiek'. 

Jacob keek met de grootste minachting naar Roy die kokhalzend op de
grond lag. ‘Jij bent al net zo'n achterbaks secreet als dat vriendje 
van je. Gemene kutvent, als ik jou was zou ik dit soort geintjes verder 
achterwege laten'. 

Kareltje liet weer van zich horen. ‘Wie is jouw flikkervriendje' vroeg
hij smalend aan Jacob, is dat dat zielig insect daarachter, of kom je 
nou op voor hem hier?', hij wees naar Sven. 

‘Niemand is mijn flikkervriendje, jij zwakbegaafde rinoceros, het zijn
allemaal mijn vríenden, maar dat is iets wat jij en je soort wel nooit 
zult begrijpen, klootzak. En als het nog zo was, wat dan nog?? Laat ons 
toch met rust, botte boer, en bekommer jij je om je eigen zaken'! 

Het werd tijd dat dit eindigde!! Ik liep naar voren, met in m'n kielzog
de rest van de groep. 

‘Ha ha, de cavalerie arriveert altijd op tijd' hoonde Karel, maar was
wel zo pragmatisch om in te zien dat het uit was. Hij raapte Roy van de 
grond op, trok Joop aan z'n arm, en gedrieën liepen ze richting 
hoofdingang. Karel probeerde nog z'n gezichtsverlies - en dat van z'n 
vriendjes - tot een minimum te beperken. 

Hij keek ons groepje aan en dreigde: ‘Ik kom hier op terug, reken maar!
Een van jullie watjes gaat het nog bezuren, jullie allemaal zullen hier 
nog spijt van krijgen, en dat is geen dreigement maar een belofte!!!' 

Ze bliezen zonder verder commentaar de aftocht. 

Ik had bepaald geen euforisch gevoel. Dit muisje zou nog een startje
krijgen, dacht ik grimmig. Hen kennende zouden ze iemand 

(wie??) 

de rekening laten betalen. Maar goed, dat zien we dan wel weer...... 

De leerlingen verspreidden zich, nu er niets meer te zien en te beleven
was, en dat was maar goed ook, want voor het zelfde geld was de 
schoolleiding in actie gekomen, waarschijnlijk met de meest vervelende 
gevolgen voor iedereen die erbij betrokken was. 

Aimée stond inmiddels naast haar broertje en vroeg bezorgd of hij wel
oké was. David keek afwisselend naar z'n zus en naar Pieter en 
glimlachte toen. ‘Ik ben in goede handen, zuslief, geen zorgen...' 
‘Maar wat is er dan gebeurd??' 

‘Als ik dat eens wist! Pieter en ik liepen gewoon pratend over het
schoolplein, toen we onverhoeds door die zakkenwassers in de tang 
genomen werden. En voor we beiden wisten wat gaande was werd Pieter 
gepest door die drie. Niet de eerste keer trouwens.' 

‘Nee, helaas' zuchtte Aimée. Ze keek Pieter aan. ‘Gaat het wel, Pieter?'
Pieter knikte langzaam. ‘Ja hoor, weer alles onder controle, vooral 
dankzij die twee daar', hij wees in de richting van Jacob en Sven. 
Aimée glimlachte. ‘Het zijn echte kanjers, nietwaar? Ik loop even naar 
ze toe, als jullie het niet erg vinden'. Ze wierp nog een blik op haar 
broer. ‘Weet je zeker dat alles goed met je is?' ‘Ja ja, ga nou maar, 
zie je straks wel zussie'. 

Aimée keek de jongens even peinzend aan en liep naar ons groepje. ‘Mijn
helden' lachte ze, ‘als jullie niet zo snel gereageerd hadden zou het 
allemaal veel erger geweest zijn.' ‘Helemaal mee eens!!' betuigde ook 
Annika haar instemming, jullie zijn kanjers, ik kan jullie wel zóenen!' 
‘Nou, ik hou je niet tegen!', lachte Sven. 

Jacob keek wat verlegen en glimlachte flauwtjes. Annika keek naar Jacob,
en zei met haar liefste stem tegen hem: ‘Dank je wel dat ook jij 
tussenbeide gekomen bent, ik vind dat heel tof van je, Jacob' Jacob 
kleurde een beetje. ‘Dat spreekt toch vanzelf! Iedereen zou hetzelfde 
gedaan hebben'. ‘Misschien, maar jij deed het! Kom hier!' Ze gaf Jacob 
een klinkende zoen op z'n wang. Hij kleurde zo mogelijk nog meer, 
vooral toen er goedkeurend gefluit weerklonk onder de kinderen die er 
nog omheen stonden. 

Annika raapte vervolgens haar boekentas van de grond en maakte
aanstalten om door te lopen. Ze mompelde iets van ‘nog even Frans voor 
straks nakijken' en liep richting ingang. Jacob was niet langer mee in 
hogere sferen en kwam snel in actie. ‘Als je het goedvindt loop ik met 
je mee, Annika'. Ze keek hem stralend aan. ‘gezellie! En hoe staat het 
trouwens met jouw Frans?' Gemoedelijk babbelend liepen ze van ons 
vandaan. 

Djingo floot zachtjes de Marseillaise en zei toen: ‘volgens mij zijn die
twee onder de pannen!' ‘Ik denk dat je gelijk heb', sprak Peter. 

Hoofdstuk 40 

Sven en ik waren alleen. Ik was gespannen. 

Aarzelend keek ik op en ontmoette z'n ogen. 

Die ogen van hem! Ik las veel in z'n mooie blauwe ogen: gekwetstheid,
droefenis, verlangen...... maar gelukkig geen spoor van 
afstandelijkheid meer, laat staan boosheid. 

Ik schraapte mijn keel. 

‘Sven....' ‘Daniel.....' 

We zeiden elkaars naam op exact hetzelfde moment.... We schoten in de
lach. 

‘Jij eerst, commandeerde ik'. 

‘Oké, Daan....  Er is veel gebeurd, afgelopen dagen, ik heb veel
verdriet gehad, en nog steeds trouwens. Ik voel me eerlijk gezegd in de 
steek gelaten, door jou.... Ikzelf heb bepaalde uitspraken gedaan, waar 
ik erg spijt van heb.... Hoe dan ook: dat daardoor onze vriendschap na 
10 jaar voorbij zou zijn is echt te belachelijk voor woorden!' 

Van opluchting sloeg mijn hart een paar slagen over. Ik was zo blij dat
de tranen in m'n ogen kwamen. 

‘Ik heb dingen gedaan, Sven, waar ik de consequenties niet goed
doordacht heb, en dat spijt me, dat spijt me vreselijk...' 

‘Ik geloof je, Daantje. Natuurlijk wil ik graag met je praten hierover,
maar niet hier natuurlijk, niet nu. Wij moeten zo spoedig mogelijk bij 
elkaar gaan zitten om datgene wat er tussen ons gebeurd is uit te 
praten, proberen te achterhalen waarom het zo ver is kunnen komen, maar 
nogmaals dat moet nog even wachten. Geloof me: ik ben en blijf je 
vriend, en daarom zullen we er uiteindelijk sámen wel uitkomen...' 

Van opluchting kon ik wel janken, en ik deed dat dan ook. 

Sven legde z'n arm om me heen en zei vriendelijk: ‘Kop op, vriend! Het
komt allemaal wel goed, wees daarvan overtuigd...' 

Dat geloofde ik graag, en mijn emoties waren dan ook meer een uiting van
blijdschap dan een uiting van onzekerheid. Ik voelde me gesterkt. 

Alles zou goed komen. 

Maar op welke manier goed?? 

Ik ben er nog niet uit, maar ik voelde deze ochtend wel een sterk
verlangen om voortdurend bij mijn vriend te zijn. Was dat een teken? 

Er was nog veel om over na te denken.... 

We liepen samen de school in. 

Hoofdstuk 41 

Pieter en David 

Pieter en David liepen samen richting fietsenhok. Ze praatten. 

‘Wat een toestand daar op het schoolplein' zuchtte David. ‘Dat kun je
wel zeggen! Ik vind het alleen vreselijk rot, dat jij door mij ook in 
het kielzog kwam van die drie kloothommels'. David haalde z'n schouders 
op. ‘Geen probleem hoor, en ik vond het voor jou veel erger, toen jij 
die trap onder je ballen kreeg was het haast.... of ikzelf die trap 
kreeg..... Bij mij deed het net zo'n pijn als bij jou, geloof me!' 

Pieter keek de jongen vertederd aan. ‘Nou ja, het is achter de rug,
laten we maar over iets anders praten.' 

Ze waren in het bosje aangekomen achter het fietsenhok en liepen naar de
grote boom, daar in het midden. 

‘Mijn denkboom' zei David zacht. 

‘Huh?' 

‘Ja, zo noem ik deze eik: "mijn Denkboom"! Weet je Pieter, als het hier
rustig is kom ik hier graag naar toe, om even alleen te zijn, om na te 
denken, om.... tot rust te komen....bij mijn denkboom dus' 

Pieter lachte zachtjes voor zich uit. 

‘Ik heb ook zo'n plek, weet je, ergens buiten dit kutstadje. Een rustige
en stille plek, waar ik vaak vertoef, ook om na te denken. Ik ben er 
alleen, en geniet van de stilte, van de rust, en daar heb ik altijd het 
gevoel dat ik mezelf kan zijn. Ik noem mijn plek de "Denkplek".....' 

‘De "Denkplek" zei David zacht voor zich uit, ‘wat leuk! Dan hebben we
dat in ieder geval gemeenschappelijk; ik mijn Denkboom, jij je 
Denkplek...... Ik zou die van jou best wel willen zien...' 

Pieter glimlachte om de onbedoelde dubbelzinnigheid en vroeg toen: ‘En
heb je dan veel om over na te denken?' 

‘Ja, best wel, maar wie niet eigenlijk?' ‘Da's waar...' 

Stilte. 

David nam het woord: ‘Jij hebt natuurlijk óók dat artikel gelezen van
Daniel?' ‘Natuurlijk, wie niet onderhand...' 

‘Denk ik ook.......en wat vond je ervan?' Bij deze woorden keek David
Pieter recht in de ogen. 

‘Dat zal ik je vertellen! Ik vind dat stukje van Daan de meest mooie,
openhartige en tot de verbeelding sprekende publicatie na "Das Kapital" 
van Karl Marx'! 

David grinnikte. ‘Dat kun je wel zeggen ja, helemaal mee eens'. 

Stilte 

‘En waarom spreekt jou dit artikel zo aan, Pieter?' Aarzeling Pieter
dacht na even na. 

‘Om te beginnen vind ik het knap moedig van Daniel dat hij zó zijn
diepste en geheimste gevoelens op papier durft te zetten, iets dat zo 
helemaal privé van je zelf is.... Hij wist toch dat ongeveer 800 mensen 
dit stuk zouden gaan lezen....Verder vind ik dat Daan zijn gedachten 
ontzettend integer verwoordt, onopgesmukt, eerlijk, recht uit zijn 
hart. Ook in emotioneel opzicht geeft hij precies weer zoals de zaken 
zijn, zoals hij denkt en voelt...... Ik voel me er erg door 
aangesproken, en je mag best weten, Daaf, dat ik behoorlijk geraakt 
werd door het lezen ervan, behóorlijk.....' 

Pieter zweeg. 

Hij keek naar de jongen naast hem die peinzend vooruit zat te kijken. 

‘Ja.... Ik vond het ook een mooi artikel.... Het heeft me sterk aan het
denken gezet..... het heeft eerlijk gezegd mijn wereld wel enigszins op 
z'n kop gezet...och, ik weet niet....hoe moet ik het zeggen....' 

David keek naar Pieter, met een ontredderde blik in z'n ogen. 

Hij sloeg z'n ogen neer. 

‘Nog eentje die worstelt', verzuchtte Pieter inwendig. ‘Hij wil me
duidelijk wat zeggen, maar durft niet.... Niet vreemd natuurlijk....' 
Het liefste had hij David in z'n armen willen nemen, maar zover durfde 
hij (voorlopig) nog niet te gaan... Hoe dan ook: de jongen zou zelf 
moeten aangeven wat hij dacht, hij zou zelf moeten beginnen te praten 
over zijn angsten, zijn verdriet, zijn peilloze eenzaamheid....net als 
ik....', dacht Pieter, ‘net als ik ook....' 

David was zonneklaar iemand waartoe Pieter zich voelde aangetrokken,
daar was hij al snel achtergekomen....O, het was niet zozeer een 
kwestie van uiterlijk of zo, er liepen wel meer aardig uitziende 
jongens rond hier op school.... David zag er kwetsbaar uit, op een 
ontroerende manier, waar je je wel toe aangetrokken móest voelen! En 
hij stelde zich - zeker nu - ook kwetsbaar op....en juist dat trok 
Pieter enorm aan..... 

‘Een dubbeltje voor je gedachten!' zei David zacht, met een trieste
glimlach op z'n lippen. 

Pieter besloot een grote duik in het diepe te wagen, hij zou snel genoeg
ondervinden of hij naar de bodem zonk en zou verzuipen, of snel genoeg 
weer aan de oppervlakte zou zijn. 

‘Ik zal helemaal open en eerlijk tegen je zijn, David. Natúurlijk voel
ik me erg aangetrokken tot dit stukje omdat ik zelf ook zo ben, omdat 
ik zelf ook voel en denk als Daniel. Ik ben vaak eenzaam en alleen, 
omdat ik mezelf niet kan zijn, niet dúrf te zijn, en soms.....ja soms 
vreet dat aan je....' 

Een loodzware stilte..... 

‘Dat zijn er dan twee, Pieter' sprak David uiteindelijk, de stilte aan
flarden scheurend. Hij legde voorzichtig z'n hand op Pieters arm. 

Pieter draaide z'n hoofd, de tranen blonken in z'n ogen. 

‘Ik weet niet meer wat ik moet denken', zei Pieter met schorre stem, ‘al
die jaren van worstelen....' Hij wreef de tranen weg. 

‘Ik wil graag jouw eenzaamheid ongedaan maken, Pieter, als jij dat ook
wilt. Ik wil denk ik hetzelfde als jij, ook ík wil niet meer alleen 
zijn....., ik wil delen, met jou.....ik geloof.....ik...eh....ik hou 
van je!' Dat laatste kwam er in een sneltreinvaart uit. 

Pieter omarmde de jongen en ervoer een ongekend geluksgevoel in z'n
binnenste; z'n hart leek wel te barsten. 

‘Ook ik hou van je, David, en samen gaan we op ontdekkingstocht..... ik
ben gelukkig, uiterst gelukkig, dat wij tweeën elkaar deze morgen 
gevonden hebben..... Ik kan de wereld aan!' 

Een bevrijdende lach. 

Ze stonden op en gave elkaar hun eerste voorzichtige zoen...... 

‘Ik wil nog veel meer', fluisterde Pieter, ‘maar niet nu en zeker niet
hier! Dat moet nog maar even wachten.....' 

De jongens keken elkaar gelukzalig lachend aan en liepen naast elkaar
richting schoolgebouw. 

BESTE  LEZERS, ANNIKA EN JACOB SCHIJNEN ELKAAR GEVONDEN TE HEBBEN, EN
GELUKKIG HEBBEN OOK DAVID EN PIETER NAAR ELKAAR TOE HUN WARE GEVOELENS 
GEUIT. MAAR DANIEL EN SVEN? DANIEL WORSTELT NOG STEEDS, DUIDELIJK, EN 
ZAL SVEN HEM OVER DE STREEP KUNNEN TREKKEN? VOORLOPIG ZAL DANIEL HET OP 
SCHOOL NOG HEEL MOEILIJK KRIJGEN, MAAR DAAROVER IN DEEL 13 MEER! BLIJF 
ALSJEBLIEFT REAGEREN! OJA, LIEVE THEO, ALWEER BEDANKT VOOR JE 
WAARDEVOLLE SUGGESTIES! 





Dit is deel 12 van totaal 17 delen.
toon alle delen


Auteurs waarderen reacties!
Vergeet niet te stemmen, en schrijf de auteurs om te vertellen wat je al dan niet leuk vond aan het verhaal!
Rickyboy heeft 7 verhalen op deze site.
Profiel voor Rickyboy, incl. alle verhalen
Email: rick.debie@home.nl
Geef je mening over dit deel:
(Je kan voor elk deel afzonderlijk stemmen)
 

verhalen in "romantisch"   |   alle verhalen van "Rickyboy"  



Sex dating | Hete Livecams (NL) | Erotic Bisexual Stories




(c) Copyright, 2001-2024 ErotischeVerhalen.com   email webmaster Art voor ondersteuning
Powered by StoryEngine v1.01